Tekst / tekeningen : Wilfrid Lupano / Jean-Baptiste Andreae
Daedalus, 56 blz., HC : 19,95 euro Afsluiter van een knappe poëtisch-surrealistische reeks Het witte konijn Polo is wanhopig na het verdwijnen van de knappe Dame van het Zand (Lees de voorgaande delen als je nu al niet meer kan volgen.) Polo laat een sneeuwstorm losbarsten en zo ontstaat een regelrechte klimaatramp. De hele wereld is bevroren behalve Kleingrutistan. Wanneer dit nieuws bekend raakt ontstaan immense stromen van klimaatvluchtelingen die onderzoek komen vragen in Kleingrutistan. De oorlogen die er voorheen woedden vallen plots helemaal stil. Het is te koud om elkaar te vermoorden en de bizarre oorlogsmachines zijn niet ontworpen tegen vrieskou. Nochtans moeten in dit soort omstandigheden anderen sterven om zelf langer te kunnen leven. Dat is toch de harde ongeschreven wet? Scenarist Lupano (bekend door reeksen als Krasse knarren, Alim de Leerlooier en De Engelsman die niet van vuurwapens houdt) heeft deze reeks helemaal op het lijf van stripmaker Andreae geschreven. Op basis van schetsen en proefontwerpen heeft Lupano deze wereld van ‘Azimut’ gecreëerd. Het duo schiep op deze unieke manier een bonte mix van personages. Zo zijn er personages die uit dromen lijken te komen (de knappe Manie) maar evengoed uit nachtmerries (de baron en zijn butler). Er zijn circuspersonages als de clown Augure en cartoony personages als het varkentje en het witte konijntje. Lupano en Andreae konden zich dus helemaal uitleven in een universum waar niets onmogelijk is. Het surrealisme is overal aanwezig: van de broeierige jungle via de droge woestijnen tot de eindeloze ijsvlaktes. In dit slotalbum voel je dat Lupano de menselijke wereld van vandaag een spiegel wil voorhouden. Het milieuactivisme, het egoïsme van ons allen, de zinloosheid van vele conflicten en oorlogen… het passeert allemaal in dit verhaal. Het oogt allemaal wat chaotisch maar de rode draad is toch het element van de ‘tijd’. Vele vragen hierover worden in deze reeks opgeworpen (maar zeker niet allemaal beantwoord). Kan je tijd stopzetten? Hoe kan je de tijd niet uit het oog verliezen? Hoe kan je tijd vereeuwigen in een kunstwerk? Aan de lezer om zelf hypotheses te maken. Er blijven dus op het einde van dit slotalbum best nog wat verhaallijntjes over. Toch hoeft er van mij niet meteen een tweede cyclus te komen. Er valt genoeg te beleven in deze vijf albums. Na het dichtslaan van deze strip had ik meteen zin om de voorgaande vier delen er nog eens bij te nemen. Er zijn sowieso flink wat details die ik bij een eerste lezing niet heb gezien en het ontdekken meer dan waard zijn. Nog één leuk detail dat me nu pas echt opviel: op de cover is de tekening omgeven door een steampunkachtig kader. Ik dacht dat Andreae bij elk album hetzelfde kader had gebruikt. Niet dus. Neem er alle albums gerust eens bij en laat je ook hier verrassen naar het oog voor detail die Andreae in deze reeks heeft gelegd. Ik was al fan van zijn twee vertaalde drieluiken Hartenvreter en Mechanisch Land maar met Azimut is hij nog hoger gestegen op de ladder als toptekenaar. Waar zal dit eindigen?
0 Comments
Tekst / tekeningen : Moënard / Zitko
Daedalus, 48 blz., SC : 8,95 euro Verkrachting, manipulatie en burgeroorlog De beroemdste tweeling uit de Klassieke Oudheid is wellicht Romulus en Remus. Het zijn volgende de onstaansmythe kinderen van de Vestaalse Rhea Silvia en de Romeinse god van de oorlog Mars. Romulus ging de geschiedenis in als de mythologische stichter van Rome en eerste koning van Rome. Daarvoor had hij eerst zijn broer Remus vermoord. En dan volgt het fictieve element dat scenarist Moënard heeft toegevoegd als vertrekpunt van deze reeks: wat als de moeder van Romulus en Remus, de Vestaalse maagd Rhea Silvia, nog een derde zoon zou gebaard hebben? Ze zou verkracht zijn door haar oom Amulius. Hieruit zou een zoon geboren zijn: de zogenaamde ‘derde zoon van Rome’. Die zou nadien de zogenaamde ‘Zwarte Orde’ hebben opgericht met zijn volgelingen met slechts één doel: zich wreken op Rome. In dit derde album bevinden we ons in de lente van 83 v. C. De steenrijke Romeinse staatsman Sulla is terug in Rome na een succesvolle campagne in Griekenland. Sulla ligt niet goed bij het plebs van Rome. Er ontstaat een burgeroorlog tussen de aanhangers van Sulla enerzijds en de ‘marianisten’ of volgelingen van consul Marius anderzijds. Marius en Sulla stonden een paar jaar eerder al tegenover elkaar. Toen won Sulla. Langzaam maar zeker komt nog een andere belangrijke Romein op de voorgrond: Pompeius. Ook hij is fel gekant tegen Marius. Hij zal het ook nog tegen een andere vijand moeten opnemen, de ‘Zwarte Orde’ van de derde zoon van Rome… Orgieën, verkrachtingen, bloederige gevechten in de amfitheaters, onthoofdingen… we krijgen het allemaal op ons bord in dit derde deel. Het eerste deel van deze reeks vond ik zwak. Over het tweede was ik al positiever. Je kan dit allemaal hier lezen. En het gaat alsmaar crescendo. Want ik vind dit album het beste tot nu toe. Met nog twee albums te gaan, kijk ik nu al likkebaardend uit naar de vertaling van de volgende twee albums (die in het Frans al verschenen zijn). Tekenaar Damir Zitko was voor mij een nobele onbekende. Ik ben gek op zijn decors, gebouwen, panoramische overzichtstekeningen van steden en straten. Minder lovend ben ik over zijn personages. Zitko hanteert een realistische stijl maar hier en daar gaat hij toch wat uit de bocht en komen sommige close-ups van gezichten eerder karikaturaal over. Kijk maar eens op pagina 12 en 25. Het fictieve element in het verhaal (over de zogenaamde derde zoon naast Romulus en Remus) is goed bedacht maar deze reeks is toch vooral interessant om inzicht te krijgen in de complexiteit van Rome als koninkrijk en als republiek. Nog één ding: de covers zijn niet door Zitko gemaakt maar door ene Loyvet. Ik was al geen fan van zijn gefotoshopte covers van deel 1 en 2. Maar de naakte vrouw die hij voor dit album op de cover heeft getoverd is echt spuuglelijk. De dame in kwestie lijkt bovendien helemaal niet op de vrouw in het eigenlijke verhaal. Continuïteit is er wel door de covers door één en dezelfde persoon te laten maken. Zorg dan wel dat het een goeie is. Een aantrekkelijke cover doet verkopen, dat weten toch alle hedendaagse stripmakers en uitgeverijen Tekst / tekeningen : Alix Garin
Daedalus, 224 blz., HC : 30,50 euro Te laat is er sneller dan je denkt Clémence volgt een acteeropleiding. Ze is de dochter van een alleenstaande mama/drukbezette huisarts. Contact met haar vader is er niet. Met haar oma Marie-Louise des te meer. Marie-Louise verblijft sinds kort in een tehuis. Ze lijdt aan een zware vorm van Alzheimer. Meermaals ondernam ze pogingen om te vluchten. Wanneer de verpleegkundige dienst een chemische behandeling voorstelt om Marie-Louise tot rust te brengen, neemt Clémence een radicaal besluit. Ze wil haar oma nog een laatste keer meenemen naar het huis in Avennes waar ze zestig jaar van haar leven heeft doorgebracht. Clémence had immers opgemerkt dat oma enkel nog in staat is om zich iets concreet te herinneren vanuit een specifiek detail. Dus een bezoek aan dat huis loont absoluut de moeite. Eén probleem: Marie-Louise mag het tehuis niet verlaten. Dus zit er voor Clémence niets anders op dan haar eigen oma te ‘kidnappen’… Wat volgt is een soort roadtrip van grootmoeder en kleindochter. Voor Clémence is het ook een openbaring. Tal van herinneringen aan haar eigen kindertijd keren terug. In grijs en sepia worden deze scènes verweven met het verhaal in het heden. Tussendoor zitten ook scènes waarbij Clémence ondervraagd wordt op het politiebureau over het hoe-en-waarom van de ontvoering. Stripmaakster Alix Garin brengt een heel aangrijpend verhaal. Ze schuwt geen enkel taboe. Zo brengt ze zonder schroom een badscène in beeld waarbij ze samen met haar oma in hetzelfde bad kruipt en herinneringen probeert op te halen (p. 80 – 86). De inkleuring is ook best gedurfd. Egale kleurvlakken in blauw en oranje komen vaak voor. Garin laat ook vaak het decor volledig weg en suggereert enkel de achtergronden, deuren of vensters met een paar lijntjes. Over lijntjes gesproken: de verstrengelde lichamen tijdens de lesbische vrijscène (p. 106 – 107) worden door enkele ragfijne gekleurde lijntjes weergegeven. De tekenstijl van Garin oogt krasserig maar is toch expressief. Zeker bij woede-uitbarstingen worden de emoties bijna grotesk in beeld gebracht. Op het einde volgen vijftien tekstloze pagina’s (p. 190 – 204) die ik me nog heel lang voor de geest zal blijven houden. Een spraakmakend debuut. Top dat uitgeverij Daedalus dit pareltje vertaalt. In het Frans is deze graphic novel bij uitgeverij Lombard verschenen. Aanrader! Tekst / tekeningen : Roge / Grenson
Le Lombard, 192 blz., HC : 29,95 euro Drama op kerstavond Parijs, 24 december 2006. Fanny Duroy wordt opgepakt met bebloede kleren. Een keukenmes blijf als moordwapen achter. De kerstkalkoen blijft onaangeroerd. Zou het… ? Zou Fanny echt… ? Veel vragen, veel vermoedens… Hoe en waarom Fanny tot dit drama is gekomen, wordt in negen hoofdstukken uitgelegd. De personages krijgen diepgang en dat vond ik erg boeiend. Het zijn geen kartonnen figuren. We krijgen best veel informatie over hun achtergrondsituatie. Fanny heeft een tweelingzus Tania. Hun band is uniek. Ze waren in de baarmoeder met elkaar vergroeid geraakt. Letterlijk. Deze band is hun hele leven intens gebleven. De relatie met hun moeder Cécilia is echter kil en afstandelijk. Als jonge kinderen werden Fanny en Tania zelfs vooral opgevoed door nonkel Louis en tante Pauli(ne). Dit koppel slaagde er niet in om zelf zwanger te geraken en projecteerde dan ook met veel plezier hun liefde op hun nichtjes Fanny en Tania. Fanny groeit op en begint een relatie met dokter Thibault Duval. Alles gaat goed tot die noodlottige kerstavond. Het verhaal wordt in de ‘ik’-persoon verteld. Dat maakt de betrokkenheid als lezer alleen maar groter. Het verhaal baadt bij momenten in een melancholisch sfeertje met ook plaats voor humor maar aan de andere kant voel je ook de agressie, pijn en woede vooral bij scènes waarin mama Cécilia opduikt. Cécilia heeft eigenlijk haar hele leven geprobeerd om Fanny en Tania uit elkaar te drijven. Tania was overduidelijk haar lievelingetje. Dat zorgde vaak voor ruzies en conflicten tussen de zusjes. Maar de momenten vol liefde en genegenheid bij nonkel en tante maakten veel goed. Tekenaar Olivier Grenson en scenarist Sylvie Roge zijn in het echte leven al jaren een koppel. Roge maakt haar stripdebuut met dit album. Ze is jarenlang actief geweest als verpleegkundige op de dienst gynaecologie en pediatrie. Daar heeft ze duidelijk inspiratie opgedaan voor dit verhaal over geboorte, opvoeding en de complexe band tussen moeder en kind. Grenson (vooral bekend van de reeks Niklos Koda op scenario van Jean Dufaux) doorbreekt hier zijn traditionele manier van tekenen. Zijn pagina-opbouw oogt uitdagender. Hij doorbreekt letterlijk de klassieke kaders. Hij kon zich helemaal uitleven met paginagrote afbeeldingen (enkele keren zelfs loopt een illustratie over twee volledige pagina’s: kijk maar eens naar de erg geslaagde droomsequentie vol verwijzingen naar sprookjes op blz. 81, 82 en 83). Een van de allermooiste tekeningen vind je op bladzijde 77: met enkele onschuldige close-ups van de jonge Tania en Fanny wordt gefocust op hun unieke band als tweelingen. Ook het kleurenpalet van Grenson is opmerkelijk. Heel bewust beperkt hij zich in zijn kleurgebruik. Een uitstekende keuze want zo valt ‘rood’ als leidmotief heel hard op. De ene keer brengt rood lieflijke taferelen naar voor (zoals de rode ballonnetjes die wegvliegen boven een grijs Montmartre op blz. 35) en op andere momenten symboliseert de rode ‘touch’ geweld en bloed. Een sterk debuut dus van Roge en dat gecombineerd met een Grenson op het toppunt van zijn kunnen. Moet ik nog meer zeggen? Nee, koop dit album en laat je onderdompelen. Je emoties zullen heen en weer worden geslingerd maar in een lockdownperiode als deze zijn dit het soort strips waarmee je heerlijk in de zetel kan ploffen. Tekst / tekeningen : Christian Durieux
Dupuis, 80 blz., SC : 10,50 Erg persoonlijke en bijzonder geslaagde interpretatie van een klassieker Dictator Iliex Korda is op de vlucht. Hij maakte razendsnel carrière op de politieke ladder van de Democratische Republiek Karajan. In 1965 werd hij er uitgeroepen tot president en alle sleutelposities van Karajan gingen naar leden van zijn familie. Vrij snel kreeg hij echter een bedenkelijke reputatie en schond hij meermaals de mensenrechten. Hij werd algemeen als een dictator beschouwd vanaf dat moment. Hij leeft nu samen met zijn bodyguard, zijn vrouw en zijn knappe dochter Elena ondergedoken in het Pacific Palace, een statig luxehotel aan een Alpijns meer. Eén van de vaste personeelsleden is Robbedoes. Zijn goede vriend Kwabbernoot is zijn collega-piccolo geworden nadat hij ontslagen werd op zijn redactie van het weekblad waarvoor hij als journalist aan de slag was. Robbedoes, Kwabbernoot, één kok, één kamermeisje en directeur Paul van het hotel. Meer dan vijf vaste personeelsleden zijn er niet toegelaten gedurende de drie dagen en drie nachten dat het politieke zwaargewicht Korda in het Pacific Palace logeert. Niets van wat ze zien of horen mag buiten de muren van het hotel bekend worden. Robbedoes heeft vooral te doen met Elena. Hij is zwaar onder de indruk van haar verleidelijke verschijning (die groene ogen!) en probeert ook te begrijpen hoe zij zich moeten voelen als ‘dochter van’. Elena uit dan ook openlijk kritiek op het doen en laten van haar vader. Waarom Korda precies voor het Pacific Palace koos, zal snel blijken… Dit album is een unieke mix van politieke intrige en een moeilijke romance. Dat alles in een heuse ‘huis clos’-setting. De volledige tachtig pagina’s spelen zich in het hotel af. Stripmaker Christian Durieux levert hiermee dus zeker geen traditioneel album van ‘Robbedoes’ af. Hij brengt op zijn geheel eigen wijze een verhaal dat (volgens mijn opzoekingswerk) al sinds 1993 in zijn hoofd rondspookt. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat ‘zijn’ dictator gemodelleerd werd naar bestaande voorbeelden als de Roemeense Ceausescu en de Haïtiaanse ‘Baby Doc’. De weinige humor komt er enkel door toedoen van de klunzige Kwabbernoot. Robbedoes is in dit verhaal vooral toeschouwer bij de actie. Hij leeft op wolkjes door de mooie verschijning van Elena. De decors van het hotel zijn indrukwekkend. Door het vrijwel ontbreken van personeel en gasten komt de Art déco-stijl prominent in beeld. Dat merk je aan de plafonds, de muren, typische ornamenten, kroonluchters… De leegstaande kamers en verlaten gangen staan symbool voor de laatste dagen (spoiler!) van de dictator. De tekenstijl is niet meteen wat je van een klassiek album van ‘Robbedoes’ verwacht. Geen ‘gros nez’-personages maar eerder een klare lijn à la Hergé met stipjes op de plaats van de ogen. De personages bewegen soms realistisch maar bij momenten ook heel erg cartoonesk. De knappe directe inkleuring moet ik ook zeker nog vermelden. Hoofdtoon is blauw. Dat merk je al op de knappe cover en bij de openingsscène die zich onder water afspeelt. Ook de zwembadscène (blz 37-45) baadt in een heerlijk mysterieus blauw kleurtje. Durieux blijft je als lezer ook verrassen door zijn creatieve pagina-opbouw. Langgerekte vakjes wisselen af met ‘traditionele’ vakjes. Tekstloze overzichtstekeningen wisselen af met cirkelvormige tekstloze tekeningen tussenin alsof elke dag van het verblijf van Korda een nieuw hoofdstuk aankondigt. Allemaal heel knap bedacht. Oh ja, nog een tip voor wie het album nog een tweede keer herleest: op de achterkant van de titelpagina vermeldt Durieux de muziek die hij beluisterde tijdens het maken van dit album. Ik ga deze leeservaring zeker uitproberen. Tekst / tekeningen : Simon Spruyt
Le Lombard, 120 blz., HC : 27,95 euro Niemand is onschuldig Borodino, Rusland, 1860. De bejaarde tamboer-majoor Vincent Bosse vertelt over zijn deelname aan de vervloekte veldtocht van Napoleons troepen richting Moskou in 1812. Zijn Franse troepen trokken de godverlaten straten van Moskou binnen. Een onverwacht makkelijke inname van een leeg Moskou was het gevolg. Toch voelde dit helemaal niet als een overwinning. De helft van de troepen waren immers al verloren gegaan door uitputting of desertie onderweg. De Franse soldaten plunderden snel alles van enige waarde en vatten de terugtocht naar Smolensk aan. De terugkeer mondde echter uit op een complete catastrofe. Onderweg werd Bosse als krijgsgevangene opgepakt door een partizanenleider van de kozakken... Hoofdpersonage Vincent Bosse is een nevenpersonage uit de beroemde Russische klassieker ‘Oorlog en Vrede’ van auteur Leo Tolstoj. Bosse is het symbool van goedheid en onschuld te midden van de waanzin van de oorlog. Zijn liefelijk zuiver engelensmoeltje benadrukt zijn goede inborst. Een ware verademing in de poel van verderf. Dit uiterlijk zorgt ervoor dat Bosse door velen in vertrouwen wordt genomen. Stripmaker Simon Spruyt is een van die auteurs waarvan ik blindelings alle koop. Elke aankoop is opnieuw een verrassing. Oneshot na oneshot vindt Spruyt zichzelf opnieuw uit. Na Junker (in 2014), Papa Zoglu (in 2017) en Bouvaert vorig jaar verrast hij ook nu weer. Spruyt wil het voor zichzelf spannend en uitdagend houden en past keer op keer andere technieken toe om een verhaal te vertellen en in beeld te brengen. Voor De Tamboer van Borodino hanteert hij een mix van gestileerde tekeningen in waterverf, altijd kaderloos en vaak ook tekstloos. Opnieuw een schot in de roos. Let wel op: sommige (onthoofdings-/ophanging)scènes zijn niet voor al te gevoelige lezers. Tekst / tekeningen : Marc Legendre / Fabio Bono
Standaard Uitgeverij, 32 blz. : 6,50 euro Knap eerbetoon aan Karel Biddeloo Sinds 2016 ben ik weer fan van de albums van De Rode Ridder en dat heeft alles te maken met de doorstart van de reeks door scenarist Marc Legendre en de Italiaanse klasbak Fabio Bono. Dat Marc Legendre zijn klassiekers kent, bewijst hij met dit nieuwe album. Het hoofdpersonage Kilyon is een huurdoder die trouwe lezers van de reeks al zagen opduiken in 1977 toen het 74ste album, ‘De Vete’, verscheen. De tekenaar van dienst was toen nog Karel Biddeloo. Biddeloo gaf zelfs zijn eigen looks aan het personage van Kilyon. Na ruim veertig jaar keert Kilyon terug. Hij werkt nu in dienst van de schurk Mordred. Kilyon koestert de droom om ooit terug te keren naar Camelot. Hij was dan ook oorspronkelijk een ridder voor hij op het misdadige pad terechtkwam. Hij wil eigenlijk niets liever dan zijn oude dag te slijten in alle rust als ridder. Mordred belooft hem eerherstel als hij erin slaagt om de knappe Allis te doden. Mordred heeft Kilyon doen geloven dat Allis een boosaardig heksenkind is dat ondermeer Johan, de Rode Ridder, in haar ban heeft… Naast Kilyon duikt ook Malfrat de Wrange weer op. Hij aast ook nog steeds op Allis. Het verhaal leest erg vlot. Het verwondert me keer op keer hoe scenarist Legendre erin slaagt om op een erg beperkt aantal pagina’s een afgerond verhaal te vertellen. Geen sinecure. Ik vind het een uitstekende keuze om meer en meer losse albums te maken (met wel een verhaallijn die doorheen de albums verderloopt) die je afzonderlijk kan lezen en herlezen. Zo geef je ook de mogelijkheid aan nieuwe lezers om in te stappen. Ik vind het zelf ook aangenaam om direct in het nieuwe album te duiken, zonder eerst weer een aantal van de vorige te moeten herlezen. Tekenaar Bono excelleert in het weergeven van gebouwen (kijk maar eens naar het klooster op plaat 22 en 27) en dreigende close-ups van Kilyon en Malfrat (plaat 9). Als lezer volg je ook meermaals de verhaallijn vanuit de hoogte. Je vliegt als het ware mee met een valk en dat levert enkele heel knappe perspectieven op. Ik heb (weer) genoten. |
Archives
April 2024
|