Tekst / tekeningen : Ingrid Chabbert / Aimée de Jongh
Dupuis, Collectie Vrije Vlucht, 112 blz., HC : 21,95 euro Moe zijn is zó gisteren Josy viert haar zestigste verjaardag samen met haar man, kinderen en kleinkinderen. Maar de kaarsjes op haar verjaardagstaart blaast ze niet uit. Haar koffers heeft ze in het grootste geheim gepakt. Josy is zeker van haar besluit. Ze gaat weg. Haar beslissing is genomen. Ze verlaat haar gezin om haar vrijheid te herwinnen. Na een huwelijk van vijfendertig jaar heeft ze er genoeg van. Van liefde en passie is al heel lang geen sprake meer tussen haar en haar man. Ze neemt zelf de beslissing om te vertrekken in plaats van te wachten tot zij waarschijnlijk in de toekomst aan de kant zou geschoven worden. Met een oude VW-camper rijdt ze weg. Een egoïstisch besluit? Volgens haar gezinsleden wel maar niet volgens Josy. Josy voelt zich als herboren. Op een desolate parking ontmoet ze Camélia met haar zoontje Tom. Camélia staat er ook alleen voor. Ze woont al geruime tijd op die parking. Ze negeert alle politiewaarschuwingen en blijft er koppig staan met haar caravan. Josy en Camélia worden snel goeie vrienden. Ze vindt ook lotgenoten bij de zogenaamde COH, oft Club van Ontsnapte Huissloven. Ze vindt er behalve vriendschap ook liefde terug. Ze voelt voor het eerst liefde voor een vrouw. Christine en Josy beginnen aan een relatie die veel weg heeft van een ontdekkingsreis. De Hollandse stripmaakster Aimée de Jongh is aan een steile weg naar de top bezig. Nadat ze besloot om in 2017 met haar dagelijkse gagstrip Snippers te stoppen, levert ze het ene na het ander knappe album uit. Eerst was er (het later ook verfilmde) De terugkeer van de wespendief, gevolgd door het gelauwerde Bloesems in de herfst in 2018 (op scenario van Zidrou) en Taxi in 2019. Vorig jaar was er dan het uitstekend onthaalde oneshot Dagen van zand , volledig op haar eigen scenario. Deze week ligt haar volgende album in de winkel. Voor Zestig Lentes werkte ze opnieuw samen met een scenariste: Ingrid Chabbert. Zij is vooral bekend als schrijfster van kinderboeken. Toch schreef ze al eerder stripscenario’s (ondermeer Wachten op Bojangles in 2017). Met Zestig Lentes brengt ze een heel emotionele en bijzonder actuele roadmovie. Het verhaal is sowieso herkenbaar. De tijd dat vrouwen braaf manlief volgden is voorbij. Vrouwen willen ook genieten en van het leven profiteren. Een lach, een traan, heel veel emoties dus in een album van ruim 100 bladzijden. Vaak ook poëtisch. Het tekenwerk van Aimée de Jongh past uitstekend bij dit verhaal. De Jongh heeft plezier beleefd tijdens het maken van dit verhaal. Dat zie je. Dat voel je. Ze werkte ook voor het eerst helemaal digitaal. De Jong zoomt in waar nodig: een lichte aanraking, een vallende trouwring, vluchtig oogcontact… De vele dialogen vervelen ook op geen moment. ‘Talking heads’-scenes zijn niet eenvoudig om boeiend en afwisselend te houden voor de lezer maar daarin slaagt de Jongh prima. Waar mogelijk last ze ook een grote tekstloze pagina in met verschillende tekstloze vakjes of één grote illustratie. Heerlijk om te zien hoe echt de tijd genomen wordt om het verhaal van Josy te brengen. Geen rush, geen haast om alles binnen een strikt aantal pagina’s af te ronden. Nee, je kan als lezer beetje bij beetje meeleven met de personages. Zestig Lentes krijgt een meer dan verdiend plekje in de toch wel prestigieuze collectie Vrije Vlucht. En Aimée de Jongh… ? Geen idee waar zij zal eindigen want nu behoort ze al tot de toppers uit de Lage Landen. Haar meest recente albums deden het ook al goed in het buitenland. Ik ben er zeker van dat dit oneshot ook hoge ogen zal gooien buiten Vlaanderen en Nederland.
0 Comments
Tekst / tekeningen : Emile Bravo
Dupuis, 48 blz., SC : 10,50 euro Oorlog zit in elk van ons Op het moment dat de geallieerden in Normandië landen, maakt Kwabbernoot zich klaar om een trein te laten ontploffen. Gelukkig kan Robbedoes hem tegenhouden want de trein zit vol met gevangen joden. Het is sidekick, Spip de eekhoorn, die voor de ontploffing zorgt. ‘Gelukkig’ is hierdoor enkel een Duitse trein vol nazi’s geraakt. Nazi’s zijn toch maar moordenaars, dixit Kwabbernoot. Vier weken later verplaatst de actie zich naar hartje Brussel. Dat levert een heel knappe overzichtstekening op. Check die zeker in detail op blz. 15. De moeite waard om hier echt als lezer even bij stil te staan. Wat kan die Emile Bravo tekenen! Heerlijk! Robbedoes wil in Brussel eigenlijk maar één ding checken. Hij vraagt zich al lang af of Felix en Felka, de twee joodse schilders uit de vorige albums, ongedeerd zijn. Maar dan gebeuren er nog een aantal onverwachte zaken. Bravo werkte ruim tien jaar aan dit vierluik. Het vorige album was eigenlijk een soort overgangsalbum. Veel te lang uitgesponnen. In dit slotalbum rondt hij op 48 bladzijden het verhaal af. Een mooi einde van de reeks. In het album wordt de vraag gesteld of Robbedoes en Kwabbernoot geen eremetaal verdienen? Wel ik vind dat zeker. Geef dit bekende stripduo een ‘oorlogskruis’ en zet er dit rijtje verdiensten bij: kinderen van de hongersdood redden, gedeporteerde kinderen bevrijden, voorkomen dat een trein vol joden opgeblazen zou worden, gereedschap in treinen achterlaten zodat gevangenen kunnen ontsnappen en toneelstukken spelen om kinderen tijdens de oorlog op te beuren. Een sterk verhaal dat beter over drie delen was uitgesmeerd. Maar dat is detailkritiek. Tekst / tekeningen : Seiter / Régric naar Jacques Martin
Casterman, 48 blz., SC : 8,99 euro Fahr zur Hölle! Lente 1956. In een Parijse brasserie luisteren journalist Guy Lefranc en zijn uitgever Bruno naar het verhaal van Marlene. Marlene von Lieds is een jonge Duitse die zonet de oorlogsdagboeken van haar vader Karl heeft teruggevonden. Karl von Lieds stierf toen zij amper tien jaar oud was. Hij is lange tijd kolonel van het Duitse leger geweest. In deze functie was hij de enige overlevende van een luchtaanval op Duitse tanks. Op 16 juni 1940 was hij getuige van hoe zijn kolonne in de Vogezen door twee mysterieuze geavanceerde Franse vliegtuigen werden vernietigd. Het Duitse leger verplichtte hem hierover te zwijgen. Hitler wou niet dat de media zouden te weten komen dat dertig tanks en honderd man verloren gegaan waren. Tot nu werd nooit een onderzoek gebeurd naar deze geheimzinnige vliegtuigen. Duitsland wilde kost wat kost deze schandalige nederlaag in de doofpot stoppen. Maar Marlene wil daar nu verandering in brengen. Nu de geheime notities van haar vader opgedoken zijn, is het tijd om de waarheid aan het licht te brengen. Journalist Lefranc lijkt haar de geknipte persoon om het hele zaakje op te helderen en in zijn krant een uitgebreid artikel over te publiceren. Tussen 2011 en 2014 was Régric de vaste tekenaar van deze klassieke ‘klare lijn’-reeks. Vanaf 2015 kwam Alvès het team versterken. En sindsdien wisselen beide heren elkaar af voor het tekenwerk. Régric voelt zich duidelijk in zijn sas bij dit soort verhalen. Alles moet tot in de kleinste details worden getekend. Mooi afgelijnd en hyperrealistisch. Tanks, vliegtuigen, duikoperaties, luchtbombardementen, legeruniformen… alles komt heel strak en afgelijnd in beeld. In het verleden was het vaak een ‘struggle’ om door de grote lappen tekst te ploeteren. Dat is deze keer zeker niet het geval. Niet al te veel flashbacks, geen nodeloos ingewikkeld plot. Scenarist Seiter serveert een vlotlezend avonturenverhaal tegen een historische achtergrond. Vernieuwend is het allemaal niet. Maar ik heb me deze aankoop niet beklaagd. Geestelijke vader en bedenker Jacques Martin zou zich perfect kunnen vinden in dit album. Tekst / tekeningen : Teresa Radice / Stefano Turconi
Hum, 303 blz., HC : 24,95 euro Beschermengel uit het verleden Juli 1807. De jonge Abel spoelt aan op het strand van Siam (nu: Thailand). William Roberts vindt hem terug. Roberts is kapitein van het schip ‘HMS Explorer’ geworden na de verdwijning van de oorspronkelijke kapitein Stevenson die verdacht wordt van gouddiefstal en moord. Abel is compleet van de kaart. Zijn geheugen is compleet verdwenen. De drie dochters van de vroegere kapitein Stevenson ontfermen zich over Abel. Met de stille Helen, de wulpse Heather maar vooral met de speelse jonge Harriet krijgt Abel heel snel een goede band. Abel wil natuurlijk maar één ding: zijn geheugen terugkrijgen. Hij ontdekt zijn talent voor navigeren op zee en vioolspelen. Op zijn minst verrassend is dat Abel ook de voornaam was van de vermiste kapitein Stevenson. De bemanning van de ‘HMS Explorer’ vertrouwt het allemaal niet. Ze vinden het allemaal wel erg toevallig. Abel leert aan wal ook ene Miss Rebecca Riordan kennen. Ze staat aan het hoofd van een luxebordeel. Abel gaat vaak bij haar langs, niet om zijn broek te laten zakken maar om voor te lezen. Rebecca beweert immers dat ze zelf niet kan lezen maar wel verzot is op poëzie. Hoe meer Abel voorleest uit Rebecca’s uitgebreide bibliotheek, hoe meer het erop lijkt dat Rebecca iets over hemzelf wil vertellen. Is zij dan de sleutel tot het terugkrijgen van zijn geheugen? Een lijvige strip (ruim driehonderd bladzijden) met de looks van een roman: leeslint, uiterlijk van oude boeken uit de jaren 1800, typische rug… Op de titelpagina wordt het verhaal ook aangekondigd als een ‘grafische opera in vier bedrijven’. Het doek gaat ook figuurlijk open op de eerste bladzijde en het gaat dicht op de laatste bladzijde. Alsof je als lezer naar een theaterstuk hebt gekeken. De makers vormen ook in het echte leven een koppel. Turconi tekende en Radice schreef dit verhaal al een tijd geleden. In 2016 verscheen het al in het Italiaans en viel het ook al in de prijzen. Een strip die dus ook bij ons aandacht verdient. Dat had uitgeverij Hum door en daar kan ik alleen maar blij om zijn. Het is commercieel niet evident om een strip van driehonderd bladzijden en volledig in potlood uit te brengen. Het moet opvallen en dat doet het ook. Ik sprak al over de knappe vormgeving. De tekeningen binnenin zijn ook heel mooi. Het verbaast me dat je met enkel potloodlijnen zoveel emoties kan tonen. Ik kende tot nu het werk van Turconi alleen dankzij Célestine en de paarden (uitgegeven in het Nederlands door Dark Dragon Books). Mijn dochter is fan van het eerste uur van die gagreeks. Hier trekt Turconi wel een heel andere kaart. Geen losse grappen maar een boeiend verhaal over liefde, dood, herkansingen en het noodlot waar we toch allemaal proberen tegenin te gaan. Ook leuk vond ik de bijlagen waar de auteurs oplijsten welke songs hen beïnvloed hebben tijdens het maken van dit verhaal alsook welke liedjes er in de strip gezonden en gespeeld worden door de personages. Ook werken waaruit geciteerd wordt, komen netjes op een lijstje te staan. Je voelt gewoon aan alles dat er met zoveel liefde en passie gewerkt is aan dit verhaal. Laat je niet afschrikken door de potloodtekeningen. Haal dit emotionele verhaal in huis en laat je ‘bedrijf’ na ‘bedrijf’ onderdompelen. Het loont zeker de moeite. Tekst / tekeningen : Clotilde Bruneau / Annabel
Daedalus, 56 blz., HC : 21,95 euro / SC : 9,95 euro Afvinken dat lijstje! Wie kent hem niet: Herakles ofte Hercules in het Latijn? De Griekse spierbundel die in een vlaag van zinsverbijstering en complete waanzin zijn hele gezin vermoordde. Hij wil komaf maken met dit traumatische verleden en orde brengen in de chaos. Dat probeert hij door een lijstje af te werken van taken die als quasi onmogelijk worden beschouwd. Het is zijn neef, de angsthaas en koning van Mykene, Eurystheus, die hem keer op keer met een nieuwe taak belast. In feite zitten de goden achter al die ‘werken’ met de godin Hera op kop. Zij is immers woedend op Herakles. Herakles is één van de vele bastaardkinderen van haar man, oppergod Zeus. Ze wil zich dus maar wat graag wreken door Herakles op de een of andere manier de dood in te jagen. Tijdens mijn lessen geschiedenis vertel ik alle werken na elkaar, ondersteund door enkele afbeeldingen op een powerpoint. Vanaf nu zou ik aan mijn leerlingen ook deze strip kunnen opgeven als ‘verplichte’ lectuur. Zo zouden ze ook met alle werken kunnen kennis maken. Al moet ik toegeven dat niet elk werk even uitgebreid uit de doeken wordt gedaan. In totaal zal Herakles twaalf werken uitvoeren. Tien ervan komen in dit album aan bod. Het gaat dus in een heel strak tempo vooruit. Het eerste werk waarbij de Nemeïsche leeuw met een ondoordringbare huid moet worden gedood, neemt anderhalve pagina in beslag. Het tweede werk waarbij Herakles met de hulp van zijn neefje Iolaos de Hydra van Lerna doodt neemt vier bladzijden in beslag. Tekenares Annabel ontbindt hier haar duivels en brengt dit werk heel spectaculair in beeld! De manier waarop Herakles het Erymantische zwijn vangt neemt slechts een halve pagina in beslag. Maar het kan nog korter. De manier waarop Herakles afrekent met de Stymphalische vogels, de Kretenzische stier vangt, de mensenvleesetende paarden van Diomedes temt en de vervuilde stallen van Augias reinigt nemen slechts één vakje in. Meer aandacht gaat er naar het vangen van de hinde van Keryneia (twee bladzijden), het stelen van de riem van de koningin van de Amazones Hippolyte (zes bladzijden) en het roven van de kudde runderen van de driekoppige en zesarmige reus Geryon (zes bladzijden). Man man, wat was dit heerlijk om te lezen! Meer tekst en uitleg (en klassieke schilderijen) bij de verschillende werken zitten zoals vanouds bij deze conceptreeks achteraan in een mooie bijlage. Ik tel nu al af naar het slotalbum (dat in het Frans al in 2020 verschenen is) want Herakles moet nog appels uit de tuin van de Hesperiden stelen en de hellehond van Hades uit de Onderwereld ontvoeren. Laat maar komen die vertaling! Tekst / tekeningen : Legendre / Cambré
Standaard Uitgeverij, 48 blz., SC: 8,25 euro De man die zijn volk leerde eten en zich nadien dooddronk Vervolg en meteen ook slot van het tweeluik waarin professor Barabas zijn vrienden Suske, Wiske en Lambik naar het eiland Amoras terugflitst in de tijd. Ze moeten daar proberen het logboek van het gestrande schip, de ‘Antverpia’, terug te vinden. Professor Barabas heeft immers iets vreemd ontdekt. Kapitein Sus Antigoon vertrok op 11 oktober 1541 van Papa-Louapi. Op zich niets abnormaal maar op 12 januari strandt Sus Antigoon op Amoras. De ‘Antverpia’ komt dus aan nadat hij eigenlijk al vergaan is…? Veel vraagtekens en Barabas vermoedt dat hier verschillende dimensies een belangrijke rol in spelen. Het grootste probleem voor onze vrienden is dat het gezochte logboek in het wrak van de ‘Antverpia’ ligt en daar zou de geest van de gestorven Spaanse officier Alvaro rondwaren… Wat kan er nog gezegd worden over de Vlaamse stripmaker Charel Cambré? Hij is een crack, hij is een veelzijdig en supergetalenteerd tekenaar met een heel hoog productieniveau. Wat kan die man tekenen! Deze maand alleen al liggen drie verschillende albums van hem in de winkel: een nieuw deel van Suske en Wiske Junior (op scenario van Kim Duchateau), het eerste album van Heden verse vis (met brother-in-crime Marc Legendre) en dit nieuwe deel van De Kronieken van Amoras. Mijn voorkeur blijft hoe dan ook bij ‘Amoras’ liggen. En dan nog het meest bij De Kronieken van Amoras. Heerlijke oneshots (of tweeluiken) die ingaan op personages uit het rijke verleden van Suske en Wiske. Van Sus Antigoon is het laatste nog niet verteld, zelfs niet na twee albums. Op het einde van dit album komt nog een leuk extraatje (in sepiatinten) waar oude bekende Rikki (ja, die van Chocowakije) opduikt en zelfs een cameootje van Willy Vandersteen himself. Het laatste zinnetje op de allerlaatste bladzijde doet al vermoeden dat scenarist Legendre nog lang niet uitverteld is over dit kleurrijke personage. Dat Cambré zich ook heel goed voelt in deze reeks zie je aan de gedetailleerde overzichtstekeningen op pagina 17 en 19 (met Cambrés drummende broer in de achtergrond) en zeker ook pagina 37 waarop een indrukwekkend shot te zien is van de kapseizende ‘Antverpia’. Wat kan die man tekenen…! Of val ik nu in herhaling? Tekst / tekeningen : Nix & Benus
Standaard Uitgeverij, 32 blz., SC: 6,99 euro Help de natuur een… slurfje Indy Nzeza is de nieuwe Congolese inspecteur. Hij komt over vanuit het Brusselse en zal nu bij de Buurtpolitie voor leven in de brouwerij zorgen. Naast Indy is er nog nieuw volk opgedoken. Loebas versterkt het team speurhonden. Indy ontpopt zich al snel tot buitenbeentje binnen het korps. Hij haat papierwerk (wie niet?) en heeft een zwak voor koken. Waarom dan niet eens op het bureau tonen hoe je kookt op Congolese wijze? Indy is de man voor het betere speurwerk. Bureaucratie is totaal niet aan hem besteed. Hij staat dan ook te popelen om te onderzoeken wie er achter de inbraak schuilgaat bij het mysterieuze bedrijf Biodesign. Oude bekende Stafke duikt ook weer op. Hij heeft pech want zijn volledig serre ligt plots tegen de vlakte. Ook een orkestkiosk in het park lijkt door een heel lokale windhoos vernietigd. Maar gigantische pootafdrukken in de buurt van de serre en de kiosk zouden wel eens een heel ander (lees: verrassend) licht op deze zaak kunnen werpen. Als fan van het eerste uur van deze stripreeks, kijk ik elke keer weer uit naar een nieuw album. Het tekenwerk staat al vanaf het prille begin als een huis. De scenario’s zijn niet altijd even geslaagd maar meestal valt hierover ook niet te klagen. Toch vind ik het verhaal in dit deel wel heel, heel, heel vergezocht. Toen ik bladzijde 21 omdraaide kon ik zelfs even niet geloven wat ik zag? Wie heeft deze kronkel bedacht? Onverwacht was het zeker maar ik vond het niet meteen ‘passen’ bij een reeks als De buurtpolitie. Scenario’s mogen af en toe absurde elementen bevatten maar dit vond ik er toch echt over. Tekst/tekeningen: Jean-Luc Garréra / Alain Sirvent
Standaard Uitgeverij, 48 blz., SC: 7,50 euro Happy Bird Day! Een ornitholoog ben ik niet. Maar ik hou wel veel van vogels. Als kind groeide ik op tussen de vinken van mijn vader en had ik zelf een koppeltje grasparkieten. Mijn oudere broer kweekt nu nog altijd allerlei exotische vogels. Momenteel geniet ik met mijn vrouw en kinderen van Luigi, onze tamme agapornis ofte love bird. De kooi van Luigi wordt meermaals per dag opengezet en zo kan onze vogel van wat meer vrijheid genieten. Hij is inmiddels uitgegroeid tot een echt huisdier. Het is dan een beetje vreemd dat de gagreeks Vreemde Vogels tot nu onder mijn radar is gebleven. Er verschijnt dan ook zoveel de laatste jaren. Ik heb wel enorm genoten van dit album. Behalve grappige situaties en heel grappig tekenwerk van Sirvent (die ook al enkele albums tekende in de gagreeks Dokters) leer je ook echt wel wat bij over onze gevleugelde vrienden. In dit album maken we kennis met de frustraties van de aalscholver, de onder-water-stappende waterspreeuw, de met uitsterven bedreigde apenarend, de viriele en aan dansen verslaagde paradijsvogels met smetvrees, de oogverblindende quetzal… Er is ook aandacht voor biologische fenomenen als mimicry, tetrachroom zicht, inprenting en symbiose. Een dossier van vijf bladzijden achteraan over het ringen van vogels en de zin van de vogeltrek maakt alles af. Hier heb ik echt van genoten… en mijn drie andere huisgenoten ook. Tekst / tekeningen : Roger Leloup
Dupuis, 48 blz., SC : 8,25 euro Hoog tijd voor iemand anders Khany neemt Yoko mee naar Saturnus om er een overblijfsel van een dode komeet te onderzoeken. Dit restant zou water en zuurstof bevatten. De twee elementen die intelligent leven mogelijk maken. Ze krijgen ook een noodoproep met als boodschap ‘Red Rya’. Yoko en Khany vinden op de plaats van waaruit het SOS-signaal werd verzonden een klein wezentje terug: Rya. Rya ligt in een diepe slaap verzonken in een overlevingssarcofaag. Blijkt dat ze ook nog een tweelingbroertje heeft: Tôpy. Tôpy is wel wakker en waakt over het welzijn van zijn zus. Beide wezentjes zijn op de hoogte van veel geheimen van Saturnus. In mij recensie van album 28 schreef ik al dat het ‘vet van de soep’ was. Het tekenwerk kon me toen nog bekoren maar het verhaal vond ik heel zwak. Gemiddeld werkt de bijna 90-jarige Roger Leloup twee jaar aan een nieuw album. Hij doet nog altijd alles alleen. Zijn decors en ruimtetuigen ogen nog prima. Maar de personages beginnen echt wel te lijden onder zijn hoge leeftijd. De gezichten van Yoko en haar vrienden zijn soms heel slordig en anatomisch verkeerd getekend. Neuzen in verkeerd perspectief, ogen die te ver uit elkaar staan… Allemaal erg pijnlijk. Het scenario kom me opnieuw niet bekoren. Heel veel oeverloos geklets en nodeloos ingewikkeld. Terug naar de basis graag met een nieuwe tekenaar en scenarist ofwel ermee stoppen. Deze reeks verdient het niet om in mineur te eindigen. En dat is waar we nu echt wel op afstevenen… Tekst / tekeningen : Xavier Giacometti / Derib
Le Lombard, 48 blz., SC : 7,50 euro Vriendschap over de dood heen Buffelkalfje is al jaren de beste vriend van Yakari. Hij is wel nogal egoïstich en bijzonder koppig. Hij wil zich constant bewijzen. Op een dag wil hij per sé tonen dat hij de beste jager van de Sioux is. Hij snelt op een kudde bizons af maar wordt onder de voet gelopen. Buffelkalfje raakt in een coma. Zijn totem, de boze bizon Thathanka, is de enige die kan bepalen of Buffelkalfje weer zal ontwaken of voor eeuwig in het rijk der geesten zal blijven ronddolen. Yakari besluit op zoek te gaan naar Thathanka om zo het leven van zijn vriendje te redden. Het zwierige tekenwerk van Derib is al jaren hét handelsmerk van deze kinderreeks. Hij verzorgt nog altijd zijn weidse decors en ook de fauna en flora van de Noord-Amerikaanse prairie blijft hij knap in beeld brengen. Een verrassend album toch met de schijndood van Buffelkalfje. Maar zoals zo vaak in de avonturen van Yakari is het hoofdthema toch vriendschap. Vriendschap tussen mensen onderling maar ook en vooral tussen mens en dier. Als man van 45 ben je wel heel erg snel door dit soort albums heen (bijzonder weinig tekst) maar het kijkplezier telt ook mee. Gewoonte-aankoop zonder meer. Terwijl ik andere van mijn jeugdreeksen écht achter mij heb gelaten, blijf ik vooralsnog elk nieuw album van dit kleine indiaantje kopen. |
Archives
April 2024
|