Tekst / tekeningen : Bec / Bufi
Daedalus, 56 blz., SC : 8,95 euro Onderzeese ‘Close encounters of the third kind’ Het vorige deel eindigde met een serieuze cliffhanger. De Leviathan, de onderzeeër van miljardair Feiersinger, werd gegrepen door een zogenaamde Megalodon ofte prehistorische reuzenhaai op vier kilometer diepte. Aan het begin van dit album proberen hoofdpersonen London Donovan en zijn chef Kazinsky om uit deze netelige situatie weg te geraken. Ze beseffen echter op dat moment nog niet dat er een groter probleem dreigt. Door verschuivingen en breuklijnen in de oceaanbodem staat een kernreactor op het punt om te scheuren. Een dergelijke onderzeese ontploffing zou zware gevolgen hebben voor de hele mensheid. Dat moet dus tegen elke prijs vermeden worden. Een bijkomend probleem: het uitschakelen en afkoelen van de kernreactor moet handmatig gebeuren. Dat is geen evidente opdracht op meer dan 4000 meter diepte. Gelukkig beschikt Lou Melville als hybride over uitzonderlijke talenten. Ze kan meer dan alleen maar communiceren met zeedieren… Veel series die scenarist Christophe Bec opstart zijn in hetzelfde bedje ziek. Het verhaal begint quasi altijd heel origineel en spannend met geniale vondsten en boeiende personages. Maar al snel verzandt het verhaal en vergaloppeert Bec zich in zijn eigen complexe verhaallijnen. Het voortdurend heen-en-weer flitsen tussen heden en verleden werkte ook verwarrend. Gelukkig is er in dit album aan gedacht om de scènes uit het verleden in sepiatinten in te kleuren. Zo is die verwarring alvast van de baan. Toch vind ik het onderzeese avontuur niet zo boeiend meer. De spanning is er wat uit. Ook het tekenwerk is niet overal even gedetailleerd. Het viel me op dat heel vaak het decor compleet werd weggelaten. De personages staan op die manier in het ‘witte niets’ te acteren. Beetje vreemd tussen al de spectaculaire onderwaterscènes en bijhorende diepzeefauna. Met dit album wordt de derde cyclus afgesloten. Wat opzoekwerk op een Franse stripwebsite leerde me dat er sowieso nog twee albums op een vertaling zitten te wachten… Hopelijk krijgt het verhaal hierin een nieuw elan. Al valt dat te betwijfelen.
0 Comments
Tekst / tekeningen : Bec & Morvan / Khattou
Daedalus, 56 blz., SC : 8,95 euro Kan je ook je ziel klonen? 1996, Harry Feiersinger, broer van de beroemde miljardair Wolfgang ofte ‘de Eeuweling van de Karpaten’, gaat op zoek naar zijn vermiste zus Yara. Zij is al een tijd in de Braziliaanse jungle verdwenen. Harry krijgt hierbij de hulp van de hoofdpersoon uit de moederreeks Carthago, London Donovan. In 1949 maken we in diezelfde Braziliaanse regenwouden kennis met de zogenaamde Mapinguari. Dat zijn angstaanjagende monsters die eruitzien als een mix van een reusachtige beer en een aap met enorme klauwen en een gapende muil. Wanneer ze in de buurt zijn, wordt hun komst aangekondigd door grote zwermen insecten. Je voelt als lezer snel dat die monsters ook zullen opduiken in 1996 tijdens de zoektocht naar Yara… Dit zesde album is niet meteen het beste uit deze spinoff. Daarvoor is de start van Becs scenario veel te traag en zijn de personages soms anatomisch ronduit slecht in beeld gebracht door Bernard Khattou. Ik vroeg me af of de cover eigenlijk wel van zijn hand is? Opvallend is dat er zowaar ruimte is voor humor. Dat moet zowat voor het eerst zijn in deze reeks. Alles draait (opnieuw) rond het geheim achter de onsterfelijkheid van miljardair Feiersinger. En je gelooft het nooit maar op het einde wordt dit geheim op enkele pagina’s onthuld. Een bijkomend nadeel voor nieuwe lezers is dat het goed kunnen volgen van dit album niet evident zal zijn. Je hebt best wel voorkennis nodig uit de moederreeks. Dat was bij vorige albums niet het geval. Toch een tegenvaller wat mij betreft. Tekst / tekeningen : Gihef / Marco Dominici
Daedalus, 56 blz., HC + SC Tritons, murenes en tusnami’s 870 n. C., havenstad Kättgland. De jonge meermin Freydis wordt verbannen uit haar clan. De profetie had immers voorspeld dat een meermin met een parelmoeren haarlok de ondergang van haar clan zou bespoedigen. Freydis had als kind een parelmoeren lok en moest dus kost wat kost verdwijnen. 885 n. C. Freydis wordt opgevangen door een vikingfamilie. Ze wordt direct als volwaardig lid van de stam aanvaard. Ze is bereid om te strijden voor de Noormannen. Haar haat voor de meerminnen zit zo diep dat ze er alles voor wil doen om ze te vernietigen. Freydis groeit op tot een strijdster met de onstuimigheid van een berserker en de behendigheid van een elf. Svein, toekomstige leider van de vikingstam, wordt verliefd op Freydis. Wanneer maandenlang de visvangst nauwelijks nog iets oplevert en hun schepen uitgemoord aanspoelen, gaan alle beschuldigende vingers naar de meerminnen. Tegelijk met het eerste deel gooit uitgeverij Daedalus ook de vertaling van het tweede deel op de markt. Dat is strategisch en commercieel een goede zet. Zeker omdat het eerste deel qua verhaal en qua tekenwerk me niet meteen kon overtuigen. Dat kan je hier lezen. Dit album werd geschreven door Gihef (scenarist en soms ook tekenaar van reeksen als High Security, Inkt en Bloed, Slangengebroed…) en getekend door Marco Dominici (ondermeer bekend van enkele albums uit de reeks Succubus). De samenwerking van dit duo kon me veel meer bekoren dan het duo dat deel 1 maakte. Het verhaal is opnieuw niet echt origineel (onmogelijke liefde en wraak zijn oeroude thema’s) maar toch ‘werkt’ het. Het tekenwerk van Dominici is realistisch en verzorgd. Hij kan zowel intimistische scènes als actiescènes prima aan. Toch nog één opmerking. De scenarist op de voorkaft klopt niet. Er moet Gihef staan in plaats van Ruscak. En ook op de achterkant ging er iets mis. De samenvatting van het eerste deel staat hier afgedrukt. Tekst / tekeningen : Françoise Ruscak / Philippe Briones
Daedalus, 56 blz., HC + SC Zijn meerminnen dan toch geen monsters? Meermin Arnhild is erin geslaagd om de zogenaamde Jörmungand te temmen. Dat is een gigantisch bloeddorstig zeemonster dat normaal heel diep in de oceaan leeft. Arnhild wil het monster op de drakkars van de Noormannen loslaten nadat hun stammen haar jongste zus hadden vermoord. Noorman Ingvald en zijn geliefde Borglinde, half mens half trol, zullen samen proberen om de Jörmungand te doden. Voor de Noormannen is het immers heel belangrijk om elke dag te kunnen uitvaren. Zonder zee, geen visserij. Zonder zee, geen handel. Zonder zee, geen plunderingen. Daar mag zelfs een zeemonster geen stokje voorsteken. Dit is het eerste deel van een nieuwe vierdelige conceptreeks rond de moeilijke verhouding tussen vikingen en meerminnen binnen de Noorse mythologie. Elk album wordt gemaakt door een ander duo. Voor dit eerste deel nam Ruscak de pen en Briones het potlood vast. Het verhaal is heel dunnetjes. Het is gewoon een wraakverhaal zoals ik er al heel veel heb gelezen. Alleen de insteek met vikingen en meerminnen was nieuw. Clichématig verhaal, dan rust alle hoop op het tekenwerk. De cover oogde veelbelovend. Het binnenwerk was echter van heel wat mindere kwaliteit. Vreemd? Toch niet. De cover werd getekend door klasbak José Homs (bekend van topreeksen als Shi en Millennium en zeker ook van het onderschatte Angelus). Homs zal de covers voor alle albums tekenen. Dat zorgt voor continuïteit los van de duo’s die voor elk album veranderen. Het binnenwerk is van Briones. Voor mij een nobele onbekende tekenaar. Ik googelde even en ontdekte dat hij vooral actief is als tekenaar voor de Marvelreeksen. Hij maakte ook één album voor de conceptreeks Zeven (uitgegeven bij Silvester). Dat album draaide wellicht niet toevallig rond zeven superhelden. Zijn decors ogen slordig. In bepaalde scènes klopt de anatomie van de personages niet en ook de gelaatsuitdrukkingen zijn niet overal even geslaagd. Niet meteen een onvergetelijke knaller om deze reeks op de kaart te zetten. Hopen op beterschap in de volgende delen. Tekst / tekeningen : Jarry / Demare
Daedalus, 56 blz., HC + SC Wat als de dood geen eindpunt is? Oboron raakt dodelijk getroffen met verschillende pijlen en zelfs een lans. Hij valt in een ravijn en blijft dood achter. Dood? Toch niet… Oboron wordt wakker en begrijpt er niets van. Hij ziet hoe zijn lichaam doorboord is maar hij leeft!? Hoe is dat mogelijk?! Oboron rukt de pijlen en de lans uit zijn eigen bebloede lichaam en beetje bij beetje keren de herinneringen aan de momenten die voorafgegaan zijn aan zijn val terug. Het eerste wat hij zich herinnert is hoe hij meehielp aan het bouwen van een versterking tijdens de oorlog met de Blauwe Elfen. Het was een Blauwe Elf die Oboron zo had toegetakeld. De wijze meester Taradum onthult aan Oboron dat hij een heel speciale Dwerg is. Een Dwerg die voorbestemd is om niet zomaar te sterven maar verder te leven als een zogenaamde Berserker. Berserkers zijn oncontroleerbare bijna onsterfelijke Dwergen, gedoemd om eeuwig te vechten als een oorlogmachine. Taradum wil dat de familie van Oboron nooit te weten komt dat hij nog leeft… Met dit vijftiende album valt het doek over de derde cyclus van deze reeks. En het is een mooie afsluiter geworden. Scenarist Jarry geeft ons een inkijk in de oorsprong van de Dwergen en creëert een vlot verhaal. Tekenaar Nicolas Demare heeft zijn sporen al ruim verdiend binnen deze conceptreeks. Hij is een heel dynamisch tekenaar en kan weer heerlijk alle grafische registers opentrekken. Demare moet zowat alle fantasy-wezens in één album in beeld brengen. Dwergen, Elfen, Orks, Trollen, Goblins… het lijkt hem allemaal geen moeite te kosten. Even surfen naar een Franse site leerde me dat we nog meer lekkers te verwachten hebben. In het Frans is eind 2020 al het negentiende album van Dwergen verschenen. Laat maar komen! Tekst / tekeningen : Arleston / Dimat
Daedalus, 48 blz., HC + SC Morgen is er ook nog tijd genoeg om te sterven Van alle Elfen zijn de Zwarten de meest meedogenloze en dus ook het meest gevreesd. Enkel dor op geregelde tijdstippen een bepaald plantenextract te drinken, kan hun razernij onderdrukt worden. Alle Zwarte Elfen worden opgeleid in de beroemde citadel van Slurce. Daar krijgen ze een keiharde militaire training. In Slurce kan niemand een volledige cursus doorlopen zonder een paar kameraden af te maken. Eén van de beproevingen is proberen je weg te vinden uit een complexe mechanische doolhof. Het labyrint zit vol valstrikken die voortdurend bewegen en dus constant van plaats veranderen. In dit verhaal is het aan Whu’Yn, Kart’Yn en Moer’Yn om deze beproeving te doorstaan. Een luchtaanval van draken die het doolhof bestoken met stenen, maakt de test nog lastiger. De grote vraag rijst vanwaar die onverwachte luchtaanval komt? Van alle soorten Elfen kunnen de albums rond de Zwarte Elfen me het meest bekoren. Daar heeft scenarist Arleston zeker veel mee te maken. Sinds het vorige album van de Zwarte Elfen pronkt ‘Arleston’ op de cover. Voorheen gebruikte de veelschrijver nog het pseudoniem ‘Marc Hadrien’ op de cover. Commercieel gezien een slimme zet, denk ik. ‘Arleston’ doet sowieso de kassa rinkelen. Zijn scenario’s zitten vol actie. Er wordt niet nodeloos gebrabbeld. Het avontuur dendert vooruit. Zalig gewoon. Het tekenwerk van Dimat past hier perfect bij. Het is dynamisch en bijzonder filmisch. De queeste gaat gelukkig nog verder. Op een Franse website zag ik dat het volgende album over de Zwarte Elfen (deel 30) vorige maand is verschenen. Een mooi vooruitzicht! Tekst / tekeningen : Yves H. / Hermann
Le Lombard, 56 blz., HC + SC Meer diepgang Hulpsheriff Morgan “Duke” Finch probeert nog altijd om zijn broer Clem terug te vinden en hem zo te redden van de wraakzuchtige en op goud beluste mijnbaas Mullins. Morgan Finch en Swift zijn ook nog eens op de vlucht voor een rebelse bende ‘blauwbloezen’ die het kostbeu zijn om onderdrukt te worden door de blanken. Dit vijfde album zit vol met flashbacks (in bruin- en sepiatinten weergegeven) naar het verleden van Morgan en zijn broer Clem. Zo krijgt het verhaal van Yves H. meer diepte. We leren de personages beter kennen en kunnen zo beter begrijpen waarom ze bepaalde gedragingen stellen op latere leeftijd. Zo wordt er bijvoorbeeld fel gefocust op ‘King’, de directeur van het weeshuis waar Morgan en Clem als kind verbleven. We zien hoe King er alles aan deed om van Morgan zijn ‘pistolero’ te maken. Ik voelde doorheen dit album dat het einde in zicht komt. Het is trouwens aan te raden van de voorgaande delen erbij te nemen voor je je tanden zet in dit album. De verschillende verhaallijnen zijn op die manier beter te volgen. Het tekenwerk van tachtigplusser Hermann blijft heel knap. Zijn aquareltechniek doet het vooral goed bij het weergeven van (desolate) landschappen. En de vrouwen? Die blijven aartslelijk. Maar dat zijn we ook al decennialang van Hermann gewend. Tekst / tekeningen : Nix
Standaard Uitgeverij, 32 blz., SC: 6,50 euro Graancirkels, klopgeesten en teleportatie Jonas is veertien en verzot op alles wat met planeten, ruimte en buitenaards leven te maken heeft. Wanneer hij plots verdwijnt, is het aan de politie om alle middelen in te zetten om deze onrustwekkende verdwijning op te lossen. Bijkomende aanwijzing zijn de berekeningen waarmee Jonas bezig was in verband met de landing van een UFO in zijn omgeving. Jonas’ mama is ervan overtuigd dat aliens haar zoon ontvoerd hebben omdat hij te veel wist over hun nabijheid. Een fan van de tv-reeks De Buurtpolitie ben ik allerminst. De reeks werd voor het eerst op vtm uitgezonden in 2014. De realityreeks volgt een fictief politiekorps in Vlaanderen. Er zijn inmiddels al 13 seizoenen van gemaakt. Zoals wel vaker het geval is, kon een stripversie van dit succesvol televisieprogramma niet uitblijven. En die bewerking kan ik wel enorm smaken. De humor in de strip is subtieler en meer gelaagd dan het programma op tv. Ik ben al jaren gek op het tekenwerk van Nix aka Marnix Verduyn. Zijn grappen en bijhorende albums van Kinky & Cosy konden me van meetaf bekoren. Ik hou ook van de manier waarop hij al sinds 2017 De buurtpolitie naar zijn hand zet. Aan een bijzonder hoog tempo volgen de albums elkaar op. We zitten inmiddels al aan album 12. Twaalf albums op iets meer dan vier jaar afleveren. Wie doet het hem na? Van kwaliteitsverlies op vlak van de tekeningen is gelukkig nog helemaal geen sprake. Het scenario van dit twaalfde album is wel wat magertjes. Het is niet bijzonder origineel en erg voorspelbaar. Op naar album dertien, zou ik zeggen. Het lijkt me ook niet eenvoudig om topscenario’s te blijven bedenken aan een hoog uitgavetempo. Tekst / tekeningen : Cauvin / Kox
Dupuis, 48 blz., SC : 7,50 euro Nieuwe wijn in oude zakken We hebben vijf jaar (!) moeten wachten op een nieuw gagalbum van de volslanke Arthur aka Agent 212. Dat is toch wel erg lang. Een mens vraagt zich af waarmee tekenaar Kox zich in al die tijd heeft beziggehouden. Scenarist Cauvin stopt sowieso met het bedenken van gags van Agent 212. Vraag blijft of Kox er dan maar alleen mee zal verdergaan? Wat er ook van is, ik hou het lekker bij deze dertig albums. Soms moet je durven stoppen met het bijna automatisch kopen van nieuwe albums in een klassieke reeks. Dat is niet makkelijk voor mij. Maar er komen zoveel nieuwe (en voor mij interessantere) albums uit. Waarom dan blijven vasthouden aan reeksen waarover ik mijn enthousiasme ben verloren? De gags komen gedateerd over. Ik had voortdurend het gevoel dat ik het allemaal al eens eerder heb gelezen: de zelfmoordkandidaat, verkleedpartijtjes op het politiecommissariaat, de irritante schoonma van Arthur, het piepkleine keffertje Kiki… Niets nieuws onder de zon. De humor herhaalt zich en je kan je afvragen waarom je hier vijf jaar hebt zitten op wachten? Toch nog een ding: de cameo’s van andere ‘Cauvin’-reeksen als Cédric (blz. 19) en Sjaak (blz. 29) vielen me toch op. Toch twee keer dat er een glimlach op mijn gelaat verscheen. Dat is toch wel erg magertjes allemaal. Tekst / tekeningen : Le Tendre / TaDuc
Dupuis, Collectie Vrije Vlucht, 136 blz., HC : 29,95 euro Wraak en dood gaan hand in hand Matt Monroe is al enkele jaren op zoek naar zijn vader Chen Long, beter bekend als Chinaman. Chinaman is een strippersonage waarvan negen albums verschenen tussen 1998 en 2007. Met dit oneshot zijn we inmiddels twintig jaar na het negende album. Chinaman is nog maar een schim van zijn vroegere zelf. Hij hangt voortdurend rond in Californische opiumbars en leidt een getraumatiseerd leven na de Secessieoorlog en zelfs enkele maanden in de cel. Dagelijks wordt hij er ook geconfronteerd met racisme. Hij wordt voortdurend als ‘spleetoog’ aangesproken en ziet hoe zwarten eveneens slachtoffer zijn van mishandeling. Hij is al zijn strijdvaardigheid kwijt. Dat verandert wanneer hij getuige is van een moordaanslag op zijn oorlogsmakker Marcus. Deze tragische gebeurtenis wakkert het vuur van weleer aan. De hereniging met zijn ‘vergeten’ zoon Matt versterkt dit innerlijke vuur alleen nog maar. Matt werkt voor het beroemde detectivebureau Pinkerton. Hij trekt naar Bakeresfield in Californië. Daar moet hij op onderzoek naar de talrijke ontvoeringen in de streek. De poppen gaan er echt aan het dansen wanneer Mary, de oudste dochter van de invloedrijke bankier Kelley, vermoord wordt teruggevonden. Het is gissen naar een motief maar wellicht heeft de opkomende lobby van olieraffinaderijen er veel mee te maken. Het verhaal speelt zich dan ook af tijdens de revolutionaire opkomt van het zogenaamde ‘zwarte goud’. Tot voor kort dacht men dat olie enkel gebruikt kon worden op lampjes te laten branden. De ontdekking van grote hoeveelheden aardolie in de Californische bodem brengt daar verandering in. De toenemende conflicten tussen aandeelhouders en talrijke onteigeningen volgen jammer genoeg heel snel. Ik heb de oorspronkelijke reeks Chinaman altijd met heel veel plezier gevolgd. Het nieuws dat er een eenmalig vervolg zou komen, deed me dan ook veel plezier. Scenarist Serge Le Tendre en tekenaar TaDuc brengen met De tijger ontwaakt een heel mooi eerbetoon aan hun held. Spanning, emotie, wraak, avontuur en bloed. Heel veel bloed. Ik zou de voorgaande negen albums er nog eens moeten op nalezen maar het is me niet bijgebleven dat er zoveel lugubere bloederige scènes in voorkwamen. Dit is nu wel het geval. Het hoort echter wel bij dit oneshot. Ik heb het lijvige album in één ruk uitgelezen. Het is bijzonder vlot geschreven en leest dan ook lekker weg. Er is een mooi evenwicht tussen tekst en tekening. Geen ellenlange lappen tekst maar een mooie afwisseling tussen de ‘klassieke’ talking heads en actiescènes. Extra voordeel is ook dat de makers er niet van zijn uitgegaan dat elke koper van dit album ook over de nodige voorkennis beschikt van de hoofdreeks. Voor een album in een collectie als Vrije Vlucht is dit sowieso aangewezen. Wie dit album leest, zal volgens mij sowieso benieuwd zijn naar de negen voorgaande albums. Geen nood voor wie ze niet allemaal meer wil/kan bij elkaar zoeken of rommelmarkten (als dat na de pandemie ooit weer mag) of online stripspeciaalzaken. Tegelijk met dit oneshot worden de negen verhalen opnieuw uitgebracht in drie dikke integrale bundelingen. Een betere timing kan niet. Deze unieke westernreeks verdient om opnieuw in de schijnwerpers te komen. Absolute aanrader! |
Archives
April 2024
|