Tekst / tekeningen : Mathie Gabella / Andrea Meloni
Daedalus, 56 blz., SC : 9,95 euro + HC : 21,95 euro Getekende geschiedenisles Gaius Iulius Caesar moet zowat de bekendste Romein uit de hele Klassieke Oudheid zijn. Afkomstig uit een oude patricische familie van aristocraten koos hij eerst de zijde van de populares toen de conservatieven de Romeinse republiek in handen hadden. Maar na het behalen van grote militaire successen kreeg hij steeds meer aanzien. Mensen in de directe omgeving van Caesar voelen zijn niet in te tomen ambitie. Hij wil in de voetsporen van Alexander de Grote treden. Maar Alexander was koning van Macedonië. Dat kon Caesar nooit bereiken. Rome had immers heel slechte ervaringen met Rome als koninkrijk. Toen werd de laatste koning Tarquinius Superbus in 509 v. C. resoluut vervangen door een republiek met twee consuls. Via ‘brood en spelen’ timmert hij aan zijn weg naar een soort van alleenheerschappij. Praetor, aedilis, pontifex maximus, proconsul in Hispania en Gallia… Caesar droomt nu volop van de post van consul en dan liefst zonder bemoeienissen van de senaat en de volksvergadering. In het album wordt mooi chronologisch alle belangrijke sleutelmomenten uit het leven van Caesar opgelijst. Mooi voorzien van bijhorende data in een tekstvakje bovenaan de pagina. Dit album leest dus als een geschiedenisleerboek. Er is gelukkig ook aandacht voor de tegenslagen uit Caesars leven. Zijn mislukte invasie van Brittannië, de dood op het kraambed van zijn dochter Iulia, de lastige strijd tegen de Averni onder leiding van Vercingetorix, het afgehakte hoofd van Pompeius, Cleopatra die in een tapijt tot bij hem wordt gebracht…: ze passeren allemaal de revue. Als je nog niet genoeg hebt, kan je je als lezer volledig onderdompelen in het historisch dossier van acht bladzijden achteraan. De tekst is vlot geschreven door een Romeins professor geschiedenis. Het tekenwerk van Meloni is eerder wisselvallig. Bij momenten mooi verzorgd en gedetailleerd maar te veel ook schetsmatig en slordig bij de decors. Een voorbeeld hiervan kan je op blz. 35 vinden: een overzichtstekening van een veldslag waarbij enkel de soldaten op de voorgrond mooi zijn getekend. De soldaten in de achtergrond zijn heel schetsmatig en van decor is al helemaal geen sprake. Gewoon een computerinkleuring gebruiken om het decor op te vullen, dat had toch beter gekund? Veel zieltjes zal je niet winnen met dit album. Het doelpubliek zijn uiteraard lezers die een zwak hebben voor geschiedenis. Maar dat is voor alle albums in deze reeks het geval.
0 Comments
Tekst / tekeningen : Yann / Henriet
Dupuis, 56 blz., HC : 17,99 euro of SC : 9,50 euro Joan of Arc in de lucht Jaren twintig van de vorige eeuw. In de Verenigde Staten heerst de periode van de drooglegging. Niemand mocht alcohol produceren of verkopen. In het vorige album konden we lezen hoe hoofdpersoon Bessie Coleman, een zwarte pilote met indiaans bloed, door de beruchte familie van Al Capone ingezet wordt om zijn illegale dranktrafiek tussen de eilanden Saint-Pierre en Miquelon en Amerika te verzorgen. Risico’s nemen schuwt Bessie niet. Zelfs de KKK die haar het leven zuur maken, moeten voor haar uitkijken. Ze is uit op wraak. Er wordt aan Bessie ook gevraagd om in zee te gaan met de ‘Secret Six’, een groepje voorbeeldige burgers die genoeg heeft van corruptie, misdaad, afpersing, prostitutie en gokpraktijken. Ze hebben maar één doel: Capone asap achter de tralies van Alcatraz krijgen. De voorbije jaren worden we om de oren geslagen met piloten- en vliegtuigstrips als Angel Wings, Woestijnvalk, Wunderwaffen, Boven de wolken, De Nachtuil, Edelweiss, De Tweekoppige Adelaar, Team Rafale, Hemel in puin… Het rijtje lijkt wel oneindig. Ik lees verschillende genres met veel plezier maar strips waar de hoofdrol wordt weggekaapt door vliegtuigen… Nee, daar pas ik voor. Alle reeksen die ik zopas heb opgesomd, heb ik dus allemaal aan mij laten voorbijgaan. En toch… toch zijn er zoals altijd uitzonderingen op de spreekwoordelijke regel. Berentand en Black Squaw volg ik wel vanaf het allereerste album. Vliegtuigen spelen ook in deze reeksen een heel belangrijke rol maar ik heb een enorme zwak voor het knappe tekenwerk van de Belgische stripmaker Alain Henriet. Bessie is een stripfiguur van vlees en bloed. De emoties op de gezichten krijgen evenveel aandacht als de indrukwekkende vliegtuigscènes. Dat is bijzonder knap. Bij de bespreking van het vorige album gaf ik nog aan dat het scenario van Yann een beetje alle kanten opging. Hij nam wel heel veel hooi op zijn vork. Dat is nu veel beter. Rechtlijniger en makkelijker om te volgen allemaal. Het dossier van zes bladzijden achteraan was ook leuk om te lezen. Alain Henriet noteert in een soort van romanvorm zijn verslagje over een bezoek aan Picardië in de sporen van Bessie Coleman (de échte). Eigen foto’s en foto’s uit de oude doos pimpen het geheel. Grappig geschreven en sowieso een meerwaarde. Nog één album te gaan in dit vierluik. Ik las recent dat er nadien een nieuwe cyclus van Berentand in de pijplijn zit van de tandem Yann-Henriet. Daar zeg ik geen nee tegen. Tekst / tekeningen : Le Tendre & Loisel / Mallié
Dargaud, 72 blz., SC : 10,50 euro Veel bloed weinig verhaal (bis) Ridder Bolster is sinds de dood van Mara’s vader alleen. Gelukkig is er nog zijn trouwe leerling Bulrog en de nukkige Kryll. In de vorige albums konden we lezen hoe Bolster in handen viel van een moordlustige sekte, de zogenaamde ‘Orde van het Teken’. Door magie toverden ze Bolsters geheugen weg. Zij manipuleerden Bolster en zetten hem in als ‘wapen’ tegen koning Humon en zijn dochter Mara. Voor de ogen van Mara ziet Bolster hoe zijn moeder vermoord wordt en op zijn beurt vermoordt Bolster (nog steeds in trance) koning Humon. De sekte is eigenlijk maar uit op één ding: de magische hoorn van Ramor te pakken. Mara heeft slechts één doel: het beroemde Spreukenboek van de goden (zie album 2 uit deze cyclus) ontcijferen. Maar dat is niet zonder gevaar. Mara heeft ingezien dat Bolster haar vader enkel vermoord heeft omdat hij niet zichzelf was op dat moment. De twee zoeken weer toenadering tot elkaar (ja, ook in bed). Mara roept zelfs zijn hulp in om haar te vergezellen naar een geheimzinnige archipel. Daar zou immers een zaadje te vinden zijn dat kan helpen bij het ontcijferen. In die archipel ontmoeten ze een rijmend duivels wezentje dat voor de trouwe lezers van de eerste cyclus geen nobele onbekende is. Het zaadje vinden is opdracht één, weten waar het geplant moet worden om te ontkiemen zal de tweede opdracht zijn. Mijn kritiek op het vorige album was dat het scenario best wel wat meer tempo en peper kon gebruiken. Het werd allemaal wel erg langgerekt. Jammer genoeg moet ik dit opnieuw herhalen. Het nieuwste album telt maar liefst 72 (wel heel knap getekende!) bladzijden. Ruim tien ervan zijn gevuld met paginalange gevechten. Het scenario sleept zich ook nu voort naar een hopelijk denderende finale in het volgende en laatste album van cyclus 2. Op de allerlaatste pagina komt een onverwachte (?) draai in de intrige. Voldoende om ook album 8 een kans te geven? Dankzij het tekenwerk zeker wel. Oh ja, ik las dat er na het volgende album een nieuwe cyclus zal worden opgestart ‘NA de zoektocht’. Ik weet niet wie daarvan de tekenaar zal zijn maar ik weet wel dat die man of die vrouw zal bepalen of ik die cyclus ook nog zal blijven volgen. Tekst / tekeningen : Yann / Surzhenko
Le Lombard, 48 blz., SC : 9,50 euro / HC : 17,99 euro Vertrouwde elementen De piepjonge prinses Sydönia (what’s in a name?) is eigenlijk nog een kind. Maar ze is toch al erg gemeen en barbaars. De band met haar moeder, koningin Gunhilda, is op zijn zachtst gezegd niet goed. Ze kijkt wel op naar haar vader, koning Harald, alias Blauwtand (zie vorige delen). Wanneer ze te horen krijgt dat Harald overleden is, wil ze niets liever dan hem opvolgen. De gedoodverfde opvolger, Haralds bastaardzoon Sveynn, is volgens haar geen optie. Sveynn is een opvliegende driftkikker die alleen maar uit is op bloedvergieten. Sydönia krijgt de volle steun van de zogenaamde ‘Fylgja’. Dit is een soort van raadgevende geest die allerlei gedaantes kan aannemen. Deze stem in haar hoofd zet haar aan om een gooi naar de macht te doen. Op dat moment komt de drakkar met Sveynn en Thorgal aan boord aan in het havenstadje Haithabu. Verrassend genoeg zal Sydönia voor Thorgal niet de gevaarlijkste opponent worden… Als diehardfan van Rosinski is het toch elke keer weer uitkijken naar een nieuw album in de uitdijende wereld van Thorgal. Tekenaar Surzhenko levert nu al jaren puik (digitaal) tekenwerk af. De hoofdreeks mag dan wel in handen zijn van Vignaux, ik vind dat Surzhenko het minstens even hard verdiend had om ook die reeks over te nemen. Zijn personages en decors zijn verzorgd. De overzichtstekening met het bovenaanzicht van het havenstadje (blz. 11) munt uit in details en is zeer sfeervol. Ook bij het weergeven van gevechten ontbindt hij zijn duiveltjes. Yann amuseert zich duidelijk als scenarist en brengt met dit album een mix van enkele vertrouwde elementen: Thorgal die naar zijn Aaricia verlangt, bloederige gevechten, mythologische wezen (Wat was die Nix lang geleden!) en historische vikingelementen (windgod Njörd, krijgslied Barditus, miren als geneesheren…), transitie van het rijk van de levenden naar het rijk van de doden (en zelfs terug)… Het hoge niveau uit de beginperiode van de tandem Rosinski-Van Hamme zal wellicht nooit meer bereikt worden maar ik blijf nog altijd met plezier in het universum van Thorgal onderduiken. |
Archives
Maart 2024
|