Tekst / tekeningen : Diverse stripmakers
Le Lombard, 256 blz., HC : 35 euro Kiezen is verliezen Dit jaar is het 77 jaar geleden dat het eerste nummer van het weekblad ‘Kuifje’ in de winkels lag. Het blad zou uiteindelijk verschijnen van 1946 tot 1993. Ruim 450 reeksen zouden in het blad opduiken. Een hommage-album maken is dan ook geen sinecure. De samenstellers van dit lijvige album hebben dus moeten kiezen. En kiezen is verliezen. Dat is nu eenmaal zo. Ik ben best tevreden met de gemaakte keuzes. Als die hard-fan van Rosinski vond ik het wel jammer dat hij geen ode heeft getekend aan één of andere stripreeks uit het weekblad. De komische westernreeks ‘Chick Bill’ had in mijn ogen ook een ode verdiend. Het is zinloos om een compleet overzicht te geven van alle stripmakers die je in deze mooie HC kan vinden. In de Franse versie zijn het er trouwens nog een pak meer. Dit album telt in het Frans ruim 400 bladzijden. Ik beperk me hieronder dan ook tot enkelen die me het meest zijn bijgebleven. De hommage die Alain Henriet maakte aan Suske en Wiske is heel knap. Voor mij misschien wel de meest geslaagde van het hele album. De Vlaamse Clara Lodewick deed dat ook maar haar ode aan Sus en Wis, die naar het middeleeuwse Leuven geflitst worden op zoek naar lappenpop Schabolleke, is heel knullig getekend. Beschamend zwak zelfs. De tekenstijl in haar debuut ‘Merel’ kon me ook niet bekoren. En deze lijn (haar stijl wellicht) trekt ze ook door in dit kortverhaal. Er was nog een tweede Vlaming die een hommage mocht maken: Nix. Hij bracht het er veel beter van af met zijn versie van een bejaarde Rik Ringers en Commissaris Baardemakers. Opvallend is ook het aandeel van stripmaker François Boucq. Hij duikt maar liefst vijf keer op. Boucq brengt achtereenvolgens odes aan ‘Bernard Prince’, ‘Thorgal’, ‘Serafijn Lampion’, ‘Ton en Tineke’ en ‘Rik Ringers’. Telkens met zijn eigen creatie Fré Van der Mugge in de hoofdrol. In elk kortverhaal probeert Fré verzekeringen te verkopen aan de helden van het weekblad. Tevergeefs weliswaar. Bijzonder knap is ook de samenwerking tussen Hamo en Dellac. Zij serveren een verhaal van 17 bladzijden waarin Hamo zichzelf in beeld brengt als grote fan van de verhalen van ‘Bernard Prince’. Je ziet hoe hij als tiener elke week opnieuw de dagen aftelde om het spannende vervolg te kunnen lezen. Dellac verzorgt in het verhaal de pagina’s waarin verschillende helden uit het weekblad proberen om Barney Jordan te redden uit de handen van een indianenstam. Zowel Bruno Brazil, De Panters, Toenga en Michael Logan springen hiervoor in de bres. Eervolle vermeldingen wat mij betreft voor Aveline Stokart en haar dromerige ode aan ‘Yakari’, Alix Garin met haar hommage aan André Franquin en zijn minder bekende stripcreaties ‘Ton en Tineke’ en de tandem Van Liemt-Yann die hun versie brengen van ‘Blake en Mortimer’. Geef die heren een contract voor een album in de hoofdreeks. Ze zouden dat met verve doen. Tenslotte nog even vermelden dat vier stripmakers wel heel voorzichtig bleven voor dit hommage-album. Cosey houdt het voor zijn ode bij zijn eigen reeks ‘Jonathan’, idem voor Fred Vignaux en zijn ‘Thorgal’, Teun Berserik en ‘Blake en Mortimer’ en Dominique Rousseau en ‘Vasco’. En Kuifje zelf? Die beleeft uiteraard geen nieuwe avonturen. Dat zou Hergé vanuit de striphemel niet goedkeuren (en de erven Moulinsart al evenmin). Toch zit vooraan een dossier van 16 bladzijden waarin een aantal notabelen tekst en uitleg geven bij hun favoriete of meest memorabele plaatje uit één van de albums van de beroemde reporter. Nog één ding: in het Brusselse Stripmuseum loopt tot eind augustus 2024 de expositie ‘Le Lombard: een familiezaak’ om de verjaardag van het weekblad/uitgeverij Lombard te vieren. Wie niet genoeg kan krijgen van deze verjaardag, kan dus ook daar zijn/haar hartje ophalen.
0 Comments
Tekst / tekeningen : Cortegianni / Alvès naar Jacques Martin
Casterman, 56 blz., SC : 9,99 euro Postume uitgave Journalist Guy Lefranc trekt naar Los Angeles. Maar niet voor de glamour en glitter. Hij gaat op zoek naar zijn vermiste collega Bob Garcia. Garcia is een celebrityjournalist. Het enige aanknooppunt voor Lefrancs onderzoek is de wereldberoemde actrice en topmodel Margareth Morrison. Nu deze ‘ster der sterren’ eindelijk haar comeback maakt op het witte doek, wil Garcia niets liever dan haar strikken voor een exclusieve babbel. Probleem is dat Morrison quasi onbereikbaar is. Garcia is wel goed bevriend met Estelle Roma, een veel minder beroemde Franse actrice. Zij treedt vaak op als stand-in voor Morrison bij bepaalde acte de présence-optredens en ook bij fotoshoots van lingerie. Geruchten doen zelfs de ronde dat Morrison stikjaloers zou zijn op de looks van Estelle Roma. Via Estelle heeft Garcia vernomen dat Morrison terug wil gaan acteren en daarom is hij naar Hollywood getrokken. Maar er is iets niet helemaal pluis in ‘the city of angels’ en Garcia raakt vermist… Dit verhaal werd geschreven door François Cortegianni. De man stapte vorig jaar uit het leven op zijn 69ste verjaardag. Dit scenario is dan ook het allerlaatste van zijn hand. De publicatie ervan in albumvorm heeft hij dus nooit mogen meemaken. Als hommage aan Cortegianni is een dossier van acht bladzijden achteraan deze strip opgenomen. Een mooi gebaar van uitgeverij Casterman. Is het een afscheid door de grote poort geworden? Nee, dat kan ik jammer genoeg niet zeggen. Maar het album zal wel een aparte status verwerven door het postume karakter ervan. Ik ben benieuw wie de nieuwe scenarist van Christophe Alvès zal worden. Binnen de reeks Lefranc vond ik dat deze tandem de beste verhalen afleverde de voorbije jaren. Tekst / tekeningen : Kris / Lambil
Dupuis, 48 blz., SC : 8,99 euro Stil zijn is jezelf respecteren Oktober 1861, Kansas. Een groep ‘grijze’ zuidelijken overvallen een indianenkamp. Deze rivaliteit sleept al een tijdje aan. Bepaalde indianenstammen lopen zelfs over. Ondertussen wil Chesterfield zich per sé bewijzen bij de ‘blauwe’ noordelijken. Nu Stark verplichte rust kreeg, moet Chesterfield hem vervangen. En dat wil Chesterfield wel met heel veel overtuiging doen. Trop is te veel en al snel begint Chesterfield te lijden aan angstaanvallen en paranoia. Het minste lawaai doet hem opschrikken en als een gek te keer gaan. Net op dat moment klopt ene Jeremiah Cure ook aan bij het 22ste cavalerie-regiment. Hij is cartograaf en kreeg van president Lincoln himself de opdracht om de onherbergzame indiaanse gebieden in kaart te brengen. Daarvoor is hij wel op zoek naar een escorte. Deze rustige job zou wel eens een kolfje naar de hand kunnen zijn van Chesterfield om hem er weer bovenop te helpen. Een nieuw album van De Blauwbloezen. Een jaarlijkse gewoonte-aankoop? Ja, dat klopt maar dan wel eentje waar ik zelden of nooit spijt van heb. Na het overlijden van veelschrijver Raoul Cauvin nam stripauteur Kris (aka Christophe Goret) de pen over voor deze langlopende klassieke reeks. Zijn debuut was het vorige album en dat viel enorm goed mee. Ook dit tweede album van zijn hand heb ik met plezier gelezen. Vernieuwend is het allemaal niet maar ik zal niet snel de stekker trekken uit De Blauwbloezen. Daarvoor hebben de verhalen me al te veel leesplezier opgeleverd. En wat gezegd van de inmiddels 87-jarige tekenaar Willy Lambil? Hoeveel striptekenaars doen het hem na? Decennialang elk jaar een nieuw album afleveren? De kwaliteit van zijn tekeningen is dalende. Dat merk je vooral aan de gezichten van der personages en vaak ook aan de handen. Maar dat de man nog altijd weet wat tekenen is, valt op bij grotere platen en overzichtstekeningen van kampen en forten. Zijn voorliefde voor lokale fauna is ook nu weer aanwezig. Uilen, eenden, wasberen, eekhoorns, (kat-)vissen, hinden en paarden… heel veel paarden passeren weer de revue. Van opgeven is nog geen sprake. Hij vormt nu al twee jaar een nieuwe tandem met Kris. Van mij mag die tandem nog enkele jaren blijven ‘bollen’. Tekst / tekeningen : Clotilde Bruneau / Carlos Rafael Duarte
Daedalus, 56 blz., HC : 21,95 euro / SC : 9,95 euro Slot van een drieluik In het vorige album werden op een drafje tien van de twaalf werken van de Griekse spierbundel en halfgod Herakles afgehaspeld. In dit slotdeel komen dus nog twee werken voorbij. Bij het voorlaatste werk moet Herakles ook zijn brein gebruiken. Hij slaagt erin om de Titaan Atlas met een sluwe list te verschalken wanneer hij gouden appels uit de tuin van de Hesperiden moet stelen. Zijn 12de en meteen ook laatste werk brengt Herakles naar de onderwereld van Hades. Daar moet hij proberen om de driekoppige hellehond Kerberos te ontvoeren. Hiervoor krijgt hij hulp van de goden Athena en Hermes. Nadien zien we hoe Herakles in het huwelijksbootje stapt met Deianeira. Dat ging niet zonder slag of stoot want riviergod Acheloos was ook verliefd op Deianeira. In een rechtstreeks duel verslaat Herakles die god en kan eindelijk met zijn geliefde trouwen. Een probleemloos huwelijksleven wordt het niet. Uiteindelijk zal het noodlot toeslaan en komt Herakles om het leven door toedoen van zijn jaloerse echtgenote… Scenariste Bruneau neemt in dit slotdeel (gelukkig) meer tijd om haar verhaal te vertellen. Het zwierige tekenwerk uit de twee vorige delen van stripmaker Annabel ontbreekt hier wel. Het is Duarte (ik las eerder enkel het historische drieluik Maxentius van hem) die het potlood van haar overnam. Hij hanteert een statischere stijl. Het is voor mij wat te netjes, te afgelikt. Veel minder virtuoos in elk geval. Een absolute meerwaarde is ook nu het dossier (7 bladzijden) van bedenker en schrijver-filosoof Luc Ferry. Jammer van die tekenaarswissel maar toch nog altijd de moeite van het lezen waard! Tekst / tekeningen : Neyef (aka Romain Maufront)
Daedalus, 120 blz., HC : 29,95 euro Rood vanbuiten, wit vanbinnen Georges (genoemd naar Georges Washington) is een jonge Lakota-indiaan. Hij wordt in een reservaat opgevoed door dominee Francis Clémente. Georges droomt ervan om geneeskunde te studeren. Een indiaanse dokter, het zou wat zijn! Alles gaat zijn gangetje tot de dominee vermoord wordt door de gewelddadige indiaan Little Knife. Little Knife is op zoek naar zijn vader… zijn vader die indirect verantwoordelijk was voor de dood van de mama van Little Knife. De dood van zijn moeder moet gewroken worden en daarom moet Little Knife zijn vader per sé terugvinden. Het leven van de jonge Georges wordt wel gespaard. Samen met de in het gezicht verminkte squaw No Moon en de Ier Sully trekt Little Knife rond. Hij ontfermt zich over Georges met één hoofddoel: de indiaan binnenin Georges naar buiten halen. Ze groeien steeds meer naar elkaar toe. Georges leert met de revolver schieten, paardrijden en hij wordt ingewijd in allerlei indiaanse jachtrituelen. Stripmaker Neyef (aka Romain Maufront) was tot nu een nobele onbekende voor mij. Maar wat heeft hij me met dit ene album compleet weggeblazen. Ik ben meer dan overtuigd van zijn gigantische talent na het lezen van deel 1 van Hoka Hey. Zijn weidse landschappen zijn een lust voor het oog. De manier waarop hij met donker en licht speelt en ook zijn inkleuring getuigen van heel grote klasse. Het scenario puilt niet uit van torenhoge westernclichés. Dat had makkelijk gekund. Neyef neemt zijn tijd om zijn personages uit te diepen. Hij legt uit hoe de verschillende personages geworden zijn tot wat ze zijn. Via enkele flashbacks in een andere kleur legt hij alles duidelijk uit. Toegegeven, er zitten flink wat gewelddadige scènes in maar het verhaal gaat zoveel verder. Er is de intrige van de wraak maar evenzeer van de vriendschap. Als lezer sta je zelfs stil bij de menselijke natuur. Ben ik overtuigend genoeg? Dit tweeluik is voor mij een heel dikke aanrader. Het is wat mij betreft een absolute musthave voor elke striplezer die zijn verzameling serieus neemt. In Frankrijk viel dit album al meermaals in de prijzen. Ook bij ons kreeg dit album de Atomiumprijs voor beste graphic novel van 2023 tijdens het recente Brusselse Stripfeest op 8 september. Wat een strip! Alle prijzen en lof zijn op hun plaats! Tekst / tekeningen : Vincent Perriot
Daedalus, 200 blz., HC : 34,95 euro Fenomenaal epos, nu al een klassieker In het eerste deel maakten we kennis met de herder Jarri Tchapart. Hij leidde zijn kudde dinosaurussen door desolate woestijnlandschappen. Aan de hemel bevond zich de zogenaamde ‘bovenstad’. Vele mensen probeerden de dorre woestijnen achter zich te laten door naar de zwevende steden te vluchten. Jarri maakte er ook kennis met zijn later geliefde en echtgenote Koriënze. In het nieuwe album springen we vooruit in de tijd. Jarri en Koriënze zijn getrouwd en hebben samen een tweeling: Naneï en Iriana. Naneï is een experte in wapens en haar zus Iriana (blind vanaf haar geboorte) beschikt over bovennatuurlijke talenten en kan in de toekomst kijken. Het klimaat is helemaal omgeslagen. Door allerlei experimenten zijn de waterleidingen gebarsten en zijn de woestijnen in immense oceanen veranderd. Explosies in de bovenstad zorgen voor ware catastrofes: volledige stadsgedeelten storten in. Daarom wordt alles in gereedheid gebracht om de bovenstad te evacueren. Iriana voelt dat er een reusachtige zeestorm en een grote vloot piraten op komst zijn. Redenen genoeg voor paniek. Jarri probeert de gemoederen te bedaren… Drie jaar geleden was het eerste deel van Negalyod voor mij één van de grootste verrassingen van 2020. Stripmaker Vincent Perriot (39) had Negalyod oorspronkelijk als een oneshot bedoeld. Toch bleken ruim tweehonderd bladzijden niet voldoende om zijn postapocalyptische sciencefictionverhaal te vertellen. Het vervolg ligt sinds deze week in de rekken en telt opnieuw tweehonderd bladzijden. In mijn bespreking van het eerste deel wees ik al op de overduidelijke invloeden van films als Dune en Mad Max. Gooi er nu gerust ook nog Avatar en Waterworld bij. Perriot laat weer zijn fenomenale tekentalent zien en gebruikt (nog meer dan in het eerste deel) heel veel tekstloze paginagrote illustraties waar je blijft naar kijken. Dit soort strips zijn voor mij uniek. Wat een verhaal! Wat een talent! Wat een tweeluik! Wat een topper! Negalyod is een klassieker in wording. Hierover zullen ze binnen een paar jaren nog praten. Tekst / tekeningen : Nix & Benus
Standaard Uitgeverij, 32 blz., SC: 7,99 euro God is blind geworden De Dikke, de Dunne en de Korte komen na jarenlange jaren in de cel eindelijk vrij. Twee voetballende kinderen vernielen onvrijwillig het glasraam van de kerk. De bal raakt precies het zogenaamde ‘Alziende oog van God’. De lokale dorpspastoor is in alle staten. Dit voorspelt weinig goeds. God kan zijn schaapjes immers niet meer zien. Dat moet dus wel tot hel en verdoemenis leiden. Na de begrafenis van ene Louis Smeekens wordt de erfenis ter waarde van één miljoen euro gestolen. Zou dit het voorspelde noodlot zijn dat toeslaat of zit er meer achter? Het is inmiddels al zes jaar geleden dat deze stripreeks uit het creatieve brein van Nix ontstond. Ik was vanaf album één verzot op deze verhalen. De tv-reeks kon me nooit bekoren. De strips des te meer. Het blijft een huzarenstukje om op amper 32 bladzijden een afgerond whodunit te vertellen en dat ook nog te doorspekken met de nodige humor. VTM-journalist en stripliefhebber Patrick Van Gompel heeft ook nu een (niet zo benijdenswaardige) bijrol. De sfeer tijdens de koffietafel (uitvaarttaart!) na de begrafenis en de lekker absurde scène helemaal op het einde van het verhaal zijn hilarisch. Een onderschat reeksje dat verdient om wat meer in de kijker te staan. Bij deze. Tekst / tekeningen : Olivier Bocquet / Bruno Gazzotti
Dupuis, 56 blz., SC : 9,99 euro / HC : 17,99 euro Wat een blij weerzien!!! David Solomon alias Soda woont nog altijd bij zijn moeder in een appartement in het hartje van New York. Als zoon van een vermoorde vader koos hij zelf ook voor de job van politieagent. Maar hij wil niet dat zijn moeder hiervan op de hoogte is. Zij leeft al jaren in de waan dat David als dominee werkzaam is. In dit album worden drie vrouwen gewurgd teruggevonden met een velletje van een kalender op hun hoofd vastgeniet. Er blijkt dus een seriemoordenaar aan het werk. Wanneer een nieuw slachtoffer plots weer bij bewustzijn komt, meent ze Soda als dader te herkennen. In haar hand houdt ze bovendien een priesterkruisje vast. Een kruisje dat Soda die ochtend nog zonder succes gezocht had. Een dominee die zich ontpopt tot serial killer? Wat is hier hier in ‘gods’-naam aan de hand? Soda begint zowaar aan zichzelf te twijfelen. Hij loopt gebukt onder slaaptekort, stress en geheugenverlies. Zou het kunnen dat... ? Het lijkt wel een eeuwigheid geleden dat er nog een nieuw album van Soda in de winkel lag. Een eeuwigheid klinkt overdreven maar het is van 2014 geleden dat het vorige album verscheen, toen getekend door Gazzotti en Dan Verlinden. We moeten al terug naar 2005 (!) voor een Soda-album dat de Luikenaar Bruno Gazzotti zonder assistentie heeft gemaakt. Het succes van zijn reeks Alleen heeft hier uiteraard veel mee te maken. Toen scenarist Tome in 2019 plots stierf, had ik maar weinig hoop dat Soda alsnog een doorstart zou krijgen. Gelukkig had ik ongelijk. Het nieuwste album is voor mij een heel geslaagd weerzien. Scenarist Bocquet slaagt erin om een verhaal te schrijven dat in het rijtje van de beste Soda-albums thuishoort. Tekenaar Gazzotti heeft ook duidelijk heel veel plezier beleefd aan deze comeback. De manier waarop hij New York in beeld brengt (check vooral de Halloweenstoet op blz. 52), het interieur van het politiebureau, de achtervolgingen in een trappenhal… getuigen van heel grote klasse! Oh ja, de running gag van vogelspin Barbara die keer op keer ontsnapt in het politiekantoor moet ook zeker vermeld worden. Hopelijk gaat de tandem Bocquet-Gazzotti op deze weg verder. Tekst / tekeningen : Giovanni Di Gregorio / Alessandro Barbucci
Dupuis, 72 blz., SC : 9,99 euro Bergen en sterrenkunde Sarah, Cassiopeia en Lucy groeien op bij gescheiden ouders. Papa zien ze veel minder dan hun mama. Papa is een workaholic. Hij is een wetenschapper die vaak in het buitenland vertoeft voor zijn werk. Na drie maanden expeditie in IJsland keert hij eindelijk terug naar Frankrijk. De zusjes kijken er dan ook enorm naar uit om hem terug te zien. Maar dat loopt toch wat anders dan verwacht. Papa komt niet uitblazen. Integendeel. Hij zit in volle voorbereiding om een onbekende komeet te ontdekken. Daarvoor moet alles wijken. Dankzij een hypermoderne telescoop hoopt hij dit fenomeen perfect op beeld te kunnen vastleggen . De zusjes zijn dus onverwacht weer op zichzelf aangewezen. Ze gaan (zoals altijd) op ontdekkingstocht en komen op het spoor van een vreemd gedichtje. Het eerste deel van dit gedicht vinden ze terug op een houten plankje binnenin een holle boom. De tekst is ook voorzien van tekeningetjes. Het gaat over een berggeitje dat één van zijn hoorntjes is kwijtgeraakt. Voldoende om de nieuwsgierigheid te prikkelen. De zussen gaan dan ook op zoek naar de andere plankjes om het vervolg te kunnen lezen. Dankzij mijn dochter maakte ik vier jaar geleden kennis met De zusjes Duizendblad. De zwierige tekeningen en feeërieke inkleuring van de Italiaan Barbucci vielen ook bij mij onmiddellijk in de smaak. Manga-ogen, veel aandacht voor decors, goedgekozen camerastandpunten, spelen met licht en donker, achterwege laten van kaders rond de verschillende vakjes… een toffe leeservaring! Scenarist Di Gregorio heeft sowieso een jeugdig (meisjes-)publiek voor ogen bij het schrijven van zijn verhalen. Ik behoor dus zeker niet tot zijn doelpubliek. Schaam ik me dan dat ik gek ben op De Zusjes Duizendblad? Helemaal niet. Het is voor mij elk album opnieuw genieten. De (jonge) lezer(essen) leren in dit vierde deel ook iets bij over de lokale fauna (marmotten, torenvalken, karpers…). Oudere lezers zullen misschien de knipoog herkennen naar Nemo in Slumberland tijdens de droomsequenties op bladzijde 13 en 43. Net als andere favoriete reeksen van mijn dochter als Mooie Navels, Dad en Dagboek van Cerise ben ik dus ook grote fan van De zusjes Duizendblad geworden. Dat is zowel voor de tekenaar als de scenarist een compliment. Een verhaal maken waar verschillende leeftijden van kunnen genieten… dat is niet iedereen gegeven. Tekst / tekeningen : Di Giorgio / Mormile
Daedalus, 48 blz., SC : 10,95 euro Begin van tweeluik Dogen is een Japanse ronin met een erg betrouwbare reputatie. Professioneel gaat alles hem voor de wind. Op privévlak loopt het veel minder. Dogen verloor zijn vrouw na een ziekte en nadat zijn dochtertje Harumi verkracht werd, weigert ze te praten en eet nog nauwelijks. Shogun Sama heerst ondertussen met harde hand over de natie. Hij roept de hulp in van Dogen nadat er twee mislukte aanslagen op zijn jonge dochtertje, prinses Yumie, plaatsvinden. Overal heersen clanoorlogen. Overal is er geweld aanwezig. De shogun wil dat Yumie in het geheim naar de tempel van Nagoya wordt gebracht en er aan zijn broer wordt toevertrouwd. Voor die geheime missie rekent hij op de skills van Dogen. Aanvankelijk twijfelt Dogen omdat hij alleen voor de opvoeding van zijn dochtertje instaat. Maar tegelijk beseft hij dat deze dikbetaalde missie wel eens voor de broodnodige middelen kan zorgen om iemand te betalen die zijn dochter kan genezen van haar opgelopen trauma’s. Tijdens de reis met Yumie krijgt Dogen te horen dat zij haar eigen vader ervan verdenkt verantwoordelijk te zien voor de moordaanslagen. De shogun is ziek en beseft dat Yumie hem zal opvolgen. Yumie houdt er totaal andere ideeën op na dan hij. Yumie wil immers verregaande hervormingen doorvoeren in het land. Dat zint de shogun helemaal niet. Als zij dus verdwijnt voor hijzelf sterft, is dat probleem van de baan… Als grote fan van zowel de moederreeks als deze spinoff, is het elke keer met veel goesting dat ik aan een nieuw album begin. Dit keer verraadt de enorme cliffhanger op de allerlaatste bladzijde dat ik nog een jaartje zal moeten wachten om het einde te kennen. Het tekenwerk van Mormile blijft top. Over de inkting (veel dikker dan normaal) en de inkleuring van Denoulet ben ik minder enthousiast. Zeker bij de talrijke nachtscènes maakt hij er zich wel heel makkelijk van af door de luchtpartijen compleet in één en hetzelfde kleur op te vullen. Algemeen vond ik de kleuren ook te fel. Ze pasten niet bij de sfeer van deze reeks. Geen nuances, geen subtiele overgangen… toch wel een minpunt. Ik checkte even en de man is al sinds het vijfde album de vaste inkleurder van Samoeraï Legenden maar het is nu voor het eerst dat ik me aan de kleuren heb geërgerd. Maar goed over smaken en… kleuren discussieert men niet, zeker? |
Archives
Mei 2024
|