Tekst / tekeningen : David Boriau / Steven Dhondt
Standaard Uitgeverij, 104 blz., HC : 23,99 euro Harde western met mystiek sjamaansausje Colorado, 1877. Fotograaf Oscar Carjat heeft zich ontfermd over de jonge Cheyenne-indiaan Dull. Dull was acht jaar eerder getuige hoe zijn volledige stam uitgemoord werd door een moordlustige bende onder leiding van Seth Kober, alias de ‘man met de verbrande wenkbrauwen’. Sinds die dag zint hij op wraak. Dull beschikt ook over bijzondere talenten. Hij tekent al zijn hele leven. Op basis van mondelinge beschrijvingen van personen tovert hij hyperrealistische portretten op papier. Dat is een ideale hulp voor fotograaf Carjat. Hij specialiseert zich met de hulp van Dull in het ontwerpen van de beroemde ‘Wanted’-affiches. Maar er is meer. Wanneer Dull erin slaagt om iemand gelijkend op papier te krijgen, slaagt hij er ook in om die persoon in het echt op te sporen. Op hun pad ontmoeten Dull en Carjat ook nog Silent Rose, een zwarte revolverheldin, die ook op zoek is naar de ‘man met de verbrande wenkbrauwen’. En daar heeft ze ook haar eigen redenen voor. Het duo wordt zo een trio en het pad op weg naar de ultieme wraak lijkt nu geëffend… Een jonge indiaan die zich wil wreken op een groep moordenaars. Het lijkt niet bijster origineel qua insteek maar toch is dit oneshot meer dan de moeite waard. Naast de obligate westernelementen als gunfights, bezoekjes aan de lokale saloon en postkoetsen heeft scenarist David Boriau er ook een mystiek sjamaansausje overheen gegoten. Dat maakt dit album dan toch weer anders dan de klassieke spaghettiwestern. Ik volg stripmaker Stedho al heel lang. Alles begon voor hem onder de vleugels van kinder- en jeugdauteur Marc de Bel, nadien publiceerde hij zijn eigen tekstloze oneshot Ooievarken en ging de bal aan het rollen. Zo volgden ondermeer albums als Red Rider (een moderne interpretatie van de Rode Ridder), het oneshot Oceaankind en Daan Quichot. Zopas verscheen de vertaling van de twee albums van Heksenkind (bij uitgeverij Daedalus). Nu is er dan een western. Stedho wilde al langer een western in beeld brengen en hij doet dit met verve. Zijn découpage is erg dynamisch, bij momenten filmisch. De tekeningen stralen tegelijk iets realistisch uit maar ook iets karikaturaal. Het album telt ruim honderd bladzijden maar leest heel vlot weg. Er is heel veel actie te zien. Panoramische vergezichten worden afgewisseld met close-ups (blz. 14: mooi hoe er wordt ingezoomd op de schetsende handen van Dull) en vogel- (in dit geval: adelaar)perspectieven (blz. 84). Bij momenten is dit verhaal niet voor watjes. Het bloed spat af en toe serieus van de pagina’s als er bijvoorbeeld wordt gefocust op afgehakte handen of een met kogels doorboorde schedel. Helemaal op het einde zit zelfs een scène (blz. 93) die even goed in een horrorstrip zou kunnen thuishoren. Een mix van elementen dus. Stedho werkt in 2018 en 2019 al met scenarist David Boriau samen voor de trilogie Obscurcia. Deze drie verhalen werden nooit vertaald. Wordt dit dan de definitieve doorbraak van Stedho bij onze zuiderburen? Het zou zomaar eens kunnen en vooral het zou heel erg verdiend zijn. Nog twee zaken over de cover. Stedho wordt hier als Steven Dhondt vermeld. Op de Frans markt loopt immers nog een stripmaker rond die als pseudoniem Stédo (Stéphane Dauvin, ondermeer tekenaar van een aantal albums van Garage Isidoor) heeft gekozen. Om alle misverstanden te vermijden kiest ‘onze’ Stedho er dan maar voor om zijn volledige naam op de cover te plaatsen. Tenslotte moet je zeker nog eens de cover herbekijken als je het album hebt dichtgeklapt. De contouren van Dull op de diligence krijgen dan zeker een extra dimensie. Ik had het ook pas door na het lezen van het volledige verhaal. Aanrader!
0 Comments
Leave a Reply. |
Archives
April 2024
|